Literatuur. Jaargang 21
(2004)– [tijdschrift] Literatuur– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 17]
| |
‘Niet lezen’ bestaat niet‘Wat een ongelooflijke precisie, zo zou je de schrijfstijl van Primo Levi het best kunnen omschrijven. Wat onmiddellijk blijkt uit volgend fragment: “Misschien komt het door de warmte, misschien door de inspanning van de mars, maar de pijn is nu weer erger en mijn gewonde voet voelt eigenaardig nat. Ik trek mijn schoen uit: hij is vol geronnen bloed, aangekoekt met modder en de rafels van de lap die ik een maand geleden gevonden heb en als voetwikkel gebruik, één dag rechts, één dag links.” Waarom die precisie? Ik denk dat hij je echt wil laten voelen hoe het leven in zo'n concentratiekamp als Auschwitz er heeft uitgezien.’ Dit fragment uit een bespreking van Is dit een mens is te vinden op de website www. stumm.be, waar leerlingen van het Onze-Lieve-Vrouwecollege in Antwerpen hun leeservaringen uitwisselen. Op de site hebben de leerlingen ook hun lezersprofiel gezet, en uit dat van bovenstaande ‘recensent’ valt af te leiden dat hij het boek waarschijnlijk vooral heeft uitgekozen op het aantal pagina's. Maar de centimeter die de ene kaft van de andere scheidt, heeft hij wel volledig in zich opgezogen. Stumm.be is het resultaat van een project dat docent René Broens in het schooljaar 2001-2002 met leerlingen van het vierde en vijfde jaar is begonnen. De site ontleent zijn naam aan Generaal Stumm von Bordwehr, die in De man zonder eigenschappen van Robert Musil door een bibliotheek doolt omdat de bibliothecarissen hem niet kunnen helpen. Broens was ooit verantwoordelijk voor het opzetten van Fahrenheit 451, een landelijk leesbevorderingsproject gericht op leerlingen in het technisch onderwijs. Bij de theorievorming stuitte hij op Reader Development, een beweging die is ontstaan in Engelse openbare bibliotheken en die actief wil ingrijpen om de lezer mondiger te maken. Niet het boek of de auteur staan centraal, maar de lezer. Ofwel: ‘Het beste boek ter wereld is het boek dat jou het meeste aanspreekt’. Ook in het lezersgerichte onderwijs draait het allemaal om de vraag ‘Wat vind je er zelf van?’ Zoals stumm.be laat zien, leidt dat vaak tot frisse, maar ook wel eens tot waanwijze uitspraken: ‘Ik denk dat het boek beter zou zijn zonder die overdreven homoseksualiteit’ (over Kartonnen dozen van Tom Lanoye) of ‘Als je nog nooit een boek van Elsschot hebben gelezen (sic), zou ik het boek zeker niet aanraden. Ingewijden weten ongetwijfeld dat Elsschot meer in zijn mars heeft dan dit boek laat uitschijnen’ (over Kaas). Het is overigens lang niet allemaal literatuur met een grote L wat er wordt gelezen. Populair zijn thrillers en bij de jongens de boeken ‘vol avontuur’, liefst gebaseerd op feiten. Wel wordt de leerlingen bij de keuze van een boek gevraagd om met citaten van recensenten aan te tonen dat aan het boek ook kwaliteit wordt toegekend. In de klas die het afgelopen schooljaar van Broens les heeft gehad, probeer ik erachter te komen wat zo'n jaartje ‘lezersvorming’ nu oplevert. Het beste boek dat Jeff (‘geen boekenwurm’) het afgelopen jaar heeft gelezen, was voor hem uitgezocht door Elise. Zij gaf hem De kanonnen van Navarone van Alistair McLean te lezen, waarover hij in zijn bespreking het volgende schrijft: ‘Het gaf me meer voldoening dit boek te lezen dan naar een goede film te kijken. Bangelijk!’ (‘bangelijk’ geeft uitdrukking aan de hoogste waardering: een geweldig boek). De opdracht om de leerlingen op grond van het lezersprofiel een boek te laten kiezen voor een klasgenoot, heeft ook bij een paar andere leerlingen goed uitgepakt. Charles hielp Stephan aan The Lord of the Rings, een inkopper natuurlijk als je klasgenoot te kennen heeft gegeven dat hij van fantasy houdt - maar toch. Een andere opdracht, ‘verras jezelf met een genre dat je anders nooit leest’, leverde minder goede resultaten op. De meeste
Leerlingen aan het werk met hun lezersprofiel
sciencefictiontitels die op stumm.be worden besproken, zijn het resultaat van deze opdracht, en in de meeste gevallen heeft de lezing slechts gediend om het vooroordeel te bevestigen. Voor de meeste leerlingen is aan hun aanvankelijke lezersprofiel dan ook niet zoveel veranderd. Maar er zijn uitzonderingen: Bart dacht aan het begin van het vorige schooljaar nog dat hij vooral van thrillers hield, maar dat is inmiddels helemaal over. Sinds hij De kanonnen van augustus van de historica Barbara Tuchman las, wil hij alleen nog maar historische boeken lezen. Of dat dit jaar gaat lukken, dat is nog maar de vraag. Zijn huidige docent werkt in tegenstelling tot Broens met een beperkte lijst met titels waarbinnen de leerlingen hun boeken kiezen. Lastig misschien, zulke verschillende methoden binnen één vakgroep? Maar René Broens is allang blij dat hij zijn gang kan gaan. Al oogt het jezuïetencollege wat streng (de eerste vier leerjaren dragen de leerlingen een uniform), uiteindelijk hebben de docenten volgens Broens juist een grote mate van autonomie. In de volgende les gaat een nieuwe klas aan de slag met het opstellen van hun profiel. Les één: ‘niet lezen’ bestaat eigenlijk niet. Want allemaal lezen ze wel tijdschriften, of de krant. Of filosofie, zoals de bètaman Winny, aan wie Broens adviseert eens iets van Kundera te proberen. Zelfs Gregory komt er niet onderuit met speels te beweren dat hij vooral de Playboy leest. Broens: ‘O, maar de wereldliteratuur kent ook de mooiste erotische romans!’
sasja koetsier |
|