Godfried van Bouillon (links), tijdens de verovering van Jeruzalem, eerste kruistocht. Miniatuur uit hs. KA XX van de KB in Den Haag (f. 253v)
productief toneelschrijver, vertaalt het werk wanneer het hem minder goed gaat. Zijn roem is tanende en zijn vermogen geslonken. Zijn
Jeruzalem verlost (1789), vertaald naar het Frans, omvat slechts vijf zangen: de uitgever durft een omvangrijker boek niet aan. Dat het toch wordt gewaardeerd, blijkt uit het verschijnen in 1800 van een tweede druk. Inmiddels is Nomsz' naam goeddeels uit de literatuurgeschiedenis verdwenen. Een van de weinige publicaties die de laatste decennia aan hem gewijd zijn, heet veelzeggend: ‘enkeltje vergetelheid’.
Na Nomsz volgen in 1834 Graadt Jonckers (die het volledige epos vertaalt) en in 1845 A. Oudeman (die slechts een episode heeft omgezet). En dan verschijnt bij uitgever A.C. Kruseman in de reeks Buitenlandsche Klassieken in 1852-1856 Jeruzalem Verlost, de vertaling van J.J.L. ten Kate, meest productieve van alle dominee-dichters uit de negentiende eeuw. Alleen al de lijst met grote vertalingen van zijn hand is indrukwekkend: Goethes Faust, toneel van Shakespeare, Fabels van La Fontaine, De hel van Dante. Ten Kates vertaling werd ronkend onthaald in De Gids: ‘Het meesterstuk van Torquato Tasso [...] is meesterlijk door Ten Kate vertolkt, die in dezen arbeid een nieuw bewijs geeft van zijne heerschappij over zijne taal en poëtische vorm.’ Dat meesterschap werd jaren later ironisch bezongen door Frederik van Eeden (onder het pseudoniem Cornelis Paradijs): ‘Zing dartel, speels of vroom van zinnen/ Op kerken, vorsten of vorstinnen,/ Wij minnen alles wat gij doet:/ Want wat Ten Kate schrijft is goed!/ Zing, J.J.L. ten Kate,/ Ten aller vromen bate!’ Maar lang voor Van Eeden deze woorden schreef is Jeruzalem Verlost ten minste driemaal herdrukt, voor het laatst in 1870 (in linnen gebonden kost deze uitgave f 2,50). Kort daarvoor, in 1869, verschijnt nog eenmaal een nieuwe vertaling, nu door J. van Egmond jr., gebaseerd op het Hoogduitsch: 's Verlost Jeruzalem in een verhaal gebracht. Het boekje (dat ik trouwens tot op heden in geen enkele collectie heb kunnen traceren) bevat ‘4 plaatjes in chromolithographie’ en kost, in linnen band, f 1,90. Het is het slotakkoord. En dan zwijgt Tasso (opnieuw!) voor ruim 130 jaar.
Een paar jaar voor Tasso uit de gratie raakt, verschijnt de eerste Nederlandse vertaling van Dantes Goddelijke komedie. Terwijl Gerusalemme liberata, dat verheven epos over verheven helden, keer op keer vertaald werd, keek geen vertaler om naar Dantes meesterwerk. Alleen wat fragmenten werden vertaald aan het begin van de negentiende eeuw. Maar vanaf 1863, toen de vertaling van A.S. Kok verscheen - gevolgd door die van Hacke van Mijnden - is Dante onder vertalers even geliefd als Tasso dat in de eeuwen daarvoor was. Het roept interessante vragen op over de geschiedenis van het vertalen.
Frans van Dooren heeft nu de draad hernomen - en na Ten Kate is hij de tweede die zowel Dante als Tasso vertaalde. Zijn Jeruzalem bevrijd is de zevende volledige vertaling van Gerusalemme liberata, en nu in een tijd waarin het christelijke heldendom van de kruisvaarders weinigen nog iets te zeggen heeft. We voelen ons eerder wat ongemakkelijk bij de inhoud van dit anti-Saraceense epos. Wij lezen het werk in elk geval niet, zoals Ten Kate cum suis, om ons te laten aanvuren door de strijders voor het ware geloof. Voor ons is Tasso's epos in de eerste plaats een literair kunstwerk, misschien omwille van zichzelf te genieten, en zeker de moeite waard als belangrijke inspiratiebron van schrijvers, schilders, componisten. In musea, concertzalen en operahuizen is Tasso's invloed onontkoombaar. Wie nu wil lezen waar het allemaal vandaan komt, kan de tekst eindelijk weer in het Nederlands tot zich nemen. Al is ook de vertaling van Ten Kate, antiquarisch, nog vrij makkelijk verkrijgbaar.
torquato tasso, jeruzalem bevrijo, vertaald door frans van dooren, is verschenen bij athenaeum - polak & van gennep te amsterdam en kost € 55, -.