Stemmen uit het hiernamaals
‘Vannacht was ik uit de dood opgestaan,’ begint een gedicht van Eva Gerlach. Doden die tot de levenden spreken, dat kan in de literatuur. Sterker, de literatuur zit vol verhalen over mensen die zijn teruggekeerd uit het dodenrijk en van stemmen die vanuit de andere wereld tot ons spreken. (En niet alleen in de sfeer van spiritische seances en bijna-dood-ervaringen.)
Jezus, Orpheus en Dante zijn de bekendste (en invloedrijkste) reizigers naar het dodenrijk. De bijbel zelf geeft niet veel prijs over de tijd tussen Christus' sterven en zijn opstanding, maar gelukkig vullen andere verhalen dat gemis. Volgens een apocriefe, wijdverbreide traditie heeft Jezus van Nazareth de hel bezocht. In het Middelnederlandse Vanden levene Ons Heren ontmoet hij daar Adam, Abraham en Jacob, en hij bevrijdt ze uit de duistere ellende. Orpheus kwam ook terug, maar minder succesvol. Zijn trieste verhaaal, het mooist opgeschreven door Ovidius, vertelt hoe hij naar de onderwereld afdaalde om zijn geliefde Euridice terug te halen. Met zijn betoverende stem wist hij de goden te vermurwen, maar zijn geluk was van korte duur. Het verslag dat Dante Alighieri schreef over zijn tocht door hel, vagevuur en paradijs is de uitvoerigste en mooiste reisgids voor de andere wereld ooit geschreven.
Vooruitlopend op een boekenweek rondom de dood wagen wij ons alvast in het voetspoor van Dante en de anderen in de wereld van de doden. Tondalus hellevaart in de ogen van Jheronimus Bosch en het bijzondere verhaal van de middeleeuwse non Jacomijne Costers krijgen in dit dossier de aandacht die ze verdienen. De verlichte burger uit de achttiende eeuw luisterde graag naar pratende doden. Maar ook de recentere Nederlandse literatuur komt aan bod met romans van Vestdijk en Lanoye.
Regelmatig duiken verhalen op over kunstenaars die via een medium hun laatste werken tot ons doen komen. Vooral componisten zijn in deze sector actief; menig opus postuum is in hun schoenen geschoven. De redactie heeft geprobeerd via een dergelijk medium in contact te komen met de groten uit de Nederlandse letterkunde. Zou Nijhoff nog één gedicht willen afstaan? Nescio nog één verhaal? Onze pogingen em dergelijke stemmen uit het hiernamaals tot spreken te brengen leverden slechts een enkel woord: ‘Slaap je?’. Waarschijnlijk ontbrak het ons aan vertrouwen en geloof om meer te vernemen.