Literatuur. Jaargang 20
(2003)– [tijdschrift] Literatuur– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 15]
| |
Hoe vrolijk is degeen die dankbaarlijken leeft‘Een Nederlandse schrijver, uit zestien-honderdzoveel?’ De serveerster in caffe PC weet best wie Pieter Cornelisz. Hooft was. Haar collega's inmiddels ook, nadat ze hen er voorzichtig op had moeten wijzen dat er met het adres op de bonnetjes - PC Hoofdstraat - iets niet klopte. De P.C. Hooftstraat kent iedereen in Amsterdam, en ver daarbuiten. Maar de meeste bezoekers zeggen de naam eerder te associëren met dure merkkleding dan met oude literatuur. De winkelroute ten zuiden van het centrum beloopt er slechts drie blokken, maar geldt samen met de Van Baerlestraat als de absolute toplocatie voor internationale modehuizen: Gucci, Armani, Ralph Lauren, evenals de vaderlandse ontwerpers Edgar Vos, Frans Molenaar en Mart Visser hebben er hun vestigingen. Voor wie geld heeft en zich daar niet voor schaamt, vormt een bezoekje aan ‘de PC’ een vast onderdeel van de zaterdagmiddag. Rond een uur of vier ontstaat voor de kruising met de Van Baerlestraat een bijna permanente colonne auto's, variërend van een frivool sportmodelletje tot een dikke jeep. Nieuw, duur en zwartgelakt, de kofferbak juist bijgevuld met een paar onmisbare kledingstukken. Voorzover ik mij een voorstelling kan maken van de persoon van Hooft, vermoed ik dat hij zich hier best had thuisgevoeld. Zelf was hij een telg uit een bemiddelde familie, al was die nog maar juist tot aanzien gekomen toen zijn vader een bestuursfunctie verwierf. ‘Nouveau riche’ zou je het nu noemen. Geld is niet het favoriete thema van Hooft, die het liever over de liefde heeft. Maar daarbij speelt een verschil in (wel)stand soms een grote rol. In het toneelstuk Warenar draait alles om een voorgenomen huwelijk tussen een rijkaard en de dochter van de vrekkige weduwnaar Warenar, die in het geniep een pot met goud bewaart om geen bruidsschat voor zijn dochter te hoeven betalen. Het einde van het liedje is dat hij zijn goud weggeeft en zich daarmee verlost van een grote druk. Als we dit kunnen samenvatten in de uitdrukking ‘geld moet rollen’, dan wordt de les van Warenar in deze straat gretig gepraktizeerd. Maar rijkdom is bij Hooft niet zonder meer positief. In het herdersspel Granida verkiest de titelheldin, een rijke prinses, het eenvoudige landleven van de herders boven de weelde van het hof. Dat doet ze niet alleen uit blinde liefde, maar omdat ze ervan overtuigd is dat de lieflijke natuur de mens meer glans kan verlenen dan het gepronk met ‘prinselijke kleden’. En als ik tussen mijn oogharen kijk, denk ik ook dat ik het zie: de P.C. Hooft wemelt van de Granida's. ‘Fashion victims’ die dag in dag uit in kleding, wonen, eten en uitgaan de laatste trends volgen - maar in alle stilte soms dromen van een idyllisch boerderijtje op het platteland, met een gans, een ezel en vette klei tussen hun blote tenen. Granida's lofzang op het landleven weerspiegelt een verlangen naar ‘nobele’ eenvoud en puurheid, die zij aan het hof met al zijn conventies mist. Maar het landleven staat bij Granida ook voor een soort permanente vakantie. Wat haar vooral tegenstaat aan de overdaad van het hof is dat die leidt tot lusteloosheid:
Ach, gelukkige rust der licht-vernoegde zielen, Die nijd noch spijt des hoofs versteurt haar zoete vreê, Wiens zorgen wijder niet en weiden dan haar vee! De lusten daar zich 't hof met moeiten om beslommert, Werpt u nature toe en is voor u bekommerd; Gij trekt door honger en door dorst uit drank en spijs De lust, van 't hof gelokt door zoveel lekkernijs: Het hof door drinken dorst, en honger zoekt door 't eten En jaagt de lusten voor, u zijn ze toegesmeten; 't Lustzoekend hof ontvliên de lusten daar 't om slooft, Gij volligt de natuur, wij zien haar over 't hoofd.
En iedereen die van kamperen houdt, zal dit beamen: op vakantie is de lucht frisser, de slaap dieper, het eten lekkerder en de seks beter. Op nummer 89-91 wordt een winkelpand verbouwd voor een nieuwe huurder. Als ik de ondernemer was, dan wist ik het wel. Wat de P.C. Hooftstraat nodig heeft, is een buitensportzaak.
sasja koetsier |
|