Literatuur. Jaargang 17

[p. 187]

literatuur-ingekomen uitgaven

∙ Mostert, Marco, 754: Bonifatius bij Dokkum vermoord. Hilversum: Verloren (Verloren Verleden, nr. 7), 1999, 94 biz., ill., ƒ19,90; ISBN 90 65504 48 6.

Als zevende deel in de reeks Verloren Verleden verscheen van de hand van Marco Mostert het boekje 754: Bonifatius bij Dokkum vermoord. Ook in dit deeltje vormt een mijlpaal uit onze vaderlandse geschiedenis het uitgangspunt voor een beschrijving van een periode. De gewelddadige dood van Bonifatius blijkt slechts een vrij logische afsluiting van zijn leven te zijn geweest, waarin de kerstening van heidenen centraal stond. Een groot deel van zijn relatief lange leven (675-754) stond immers in het teken van de kerstening van West-Europa, en met name van de Friezen, en de organisatie van de kerk van Rome in de recent gekerstende gebieden. Marco Mostert gunt ons vanuit dit perspectief een boeiende kijk op het leven in het Friesland van de achtste eeuw en de voortdurende strijd van de Friezen met de gechristianiseerde Franken. Evenals de andere deeltjes in deze reeks is ook dit deel weer uitermate uitbundig en functioneel geïllustreerd.

pf

∙ Queeste; tijdschrift over middeleeuwse letterkunde in de Nederlanden 6 (1999), nr. 2: Het Luikse Leven van Jezus. Hilversum: Verloren, 1999, 126 blz., ill.; ISSN 0929-8592.

Nr. 2 van jaargang 6 is vrijwel geheel gewijd aan de Middelnederlandse evangeliënharmonie uit de

De drie zuster Loveling in 1854

13^e eeuw, het Luikse Leven van Jezus. De vijf bijdragen van August den Hollander, Geert Warnar, Ulrich Schmid, Karina van Dalen-Oskam en E. Kwakkel waren de lezingen die gehouden zijn op een studiedag over dit onderwerp in het NIAS te Wassenaar. In de recensierubriek wordt een stevige discussie gevoerd over de Middelnederlandse syntaxis van Duinhoven.

pjv

∙ Mededelingen van het Cyriel Buysse Genootschap, XV. Gent, Cyriel Buysse Genootschap, 1999, 241 blz., ill.; ISSN 0772-1455. Cyriel Buysse inspireert nog immer de onderzoekers in Vlaanderen, zoals blijkt uit de mededelingen van het Buysse Genootschap. Deze aflevering bevat artikelen met zeer diverse invalshoeken. Prosper de Smet herlas de novellen van Buysse en kwalificeerde deze met een kruisjessysteem gebaseerd op de Tour de France. De vrouwen die van invloed zijn geweest op Buysses schrijverschap komen aan bod in een biografisch artikel over zijn moeder, Pauline Loveling, en in een artikel over het beeld van de vrouw in het literaire wetk van Buysses tante Rosalie Loveling.

Verder is er aandacht voor de relatie tussen Buysse en het Vlaamse

[p. 188]

toneel, Buysse en de wereldtentoonstellingen en de meningen van Richard Minne en Gerard Walschap over Buysse.

De mededelingen zijn te bestellen bij A.M. Musschoot, Universiteit Gent, Blandijnberg 2, B-9000 Gent.

eg

Komrij, Gerrit, De tranen der ecclesia's. Amsterdam: De Bezige Bij, 1999, 30 blz., ƒ19,50; ISBN 90 23439 34 1.

Op 27 september 1999 sprak Gerrit Komrij ter gelegenheid van de feestelijke opening van het Willem Frederik Hermans Instituut een toespraak uit die nu ook in druk is verschenen. Komrij veegt in zijn lezing de vloer aan met de manier waarop Oek de Jong gemeend heeft in De Revisor af te rekenen met het werk van Hermans omdat diens wereldbeeld niet meer van deze tijd zou zijn. Ook Smulders' reactie op De Jongs opstel wordt door Komrij op de korrel genomen. Komrij zet zich af tegen wat hij ‘lijkenpikkerij’ noemt en constateert: ‘Hermans is als schrijver een vakman, meeslepend en geestig. Zelfs in Nederland lekt dat uit, als je maar lang genoeg dood bent.’

gvb

∙ Demompere, Patrick, Erg! Iets over de nieuwste literatuur. Amsterdam: Bert Bakker, 1999, 164 blz., ƒ29,90; ISBN 90 35120 93 0.

Demompere doet in zijn besprekingen van recent verschenen proza de titel van zijn boekje alle eer aan, met name de twee eerste woorden daarvan. Zijn belangrijkste criterium is blijkbaar dat hij niet in slaap wil vallen tijdens het lezen. En hij valt nogal vaak in slaap, vooral bij boeken die wat lastiger te lezen zijn. Te laat naar bed? Te zwaar werk verricht? Steevast is het door hem afgekeurde boek dan alleen nog maar ergens anders goed voor: als snippers voor de kattenbak, als mutsje voor de regen en meer van dergelijke dooddoeners. Zo weet ik er ook nog een: als kussen voor het slapen. Toegegeven, sommige van zijn prooien maken het hem wel heel gemakkelijk. Maar misschien doet Demompere er toch beter aan voortaan alleen nog thrillers te lezen om wakker te blijven.

g. van weveren

∙ Harry Bekkering, Ad Zuiderent (red.), Jan Campert-prijzen 1999. Nijmegen: Vantilt, 1999, 127 blz., ƒ19,90; ISBN 90 75697 31 7.

Zoals gebruikelijk wordt de jaarlijkse uitreiking van de Jan Campert-prijzen vergezeld van een uitgave met essays en biografische en bibliografische informatie over de winnaars. Xandra Schutte schrijft over het oeuvre van Willem Jan Otten (Constantijn Huygens-prijs); Yra van Dijk over de poëzie van Peter van Lier (Jan Campert-prijs); Frans de Rover over Gijs IJslander (F. Bordewijkprijs); Remco Ekkers over de kinderpoëzie van Ida Gehrlach (Nienke van Hichtum-prijs) en de winnaar van de G.H. 's Gravesandeprijs, de organisator van het literatuurfestival Gwy Mandelinck, wordt besproken door Tom van Deel.

eg

∙ Fondsenboek 1999/2000. 's-Gravenhage / Zutphen: Vereniging van Fondsen in Nederland / Walburg Pers, 1999, 617 blz.; ISBN 90 57300 61 3.

Het Fondsenboek is niet meer weg te denken uit charitatief Nederland. Deze zesde editie (die ook op cd-rom beschikbaar is) bevat niet minder dan 538 particuliere fondsen op een veelheid van terreinen, waaronder onderwijs en onderzoek en kunst en cultuur. Via de uitgebreide rubrieks- en trefwoordenregisters kan men op zoek naar een fonds dat wellicht in aanmerking komt om benaderd te worden voor subsidie. Bij ieder fonds staan de adresgegevens, de doelstelling, de aanvraagprocedure en een aantal andere gegevens vermeld.

pjv