Het Liegend Konijn. Jaargang 7(2009)– [tijdschrift] Liegend Konijn, Het– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 142] [p. 142] Kijkend naar jouw geboorte van Venus (Een brief voor Sandro Botticelli) vroeg ik me af, Sandro, of je eerst aan die zee dacht, het sluimerend groene soelaas in de woorden van een minnaar diep onder de branding van een nooit verzonden brief? Ik vroeg me af of in het gat van wat je ziel zal zijn geweest je eerst die schelp zag, beweeglijk en vloeibaar, zoals een jongen in een zwembad van Hockney onophoudelijk op het punt staat in al zijn moleculen te vergaan en al die moleculen elk voor zich de illusie beproeven hoe de reflectie te zijn van een jongen die zwemt (straks, weten wij altijd al, raken zijn al te vaste vingers het glazuur. Dan komt zijn rug tevoorschijn, zijn sneeuwwitte kont; nog later slaapt hij op een handdoek in Hockneys wreedste zon). Ik vroeg me af of uit eenzelfde wemeling die schoot van calcium kwam bloot te liggen in de ziel van je vingers, open als de lippen van een man vlak voor dat goddelijk levende lichaam als een beker kantelt - dat puur wit vlees, de moeder der parels - en ik vraag me af of uit de onrust van die nakende vervoering, [pagina 143] [p. 143] Liefdes Geboorte, niets minder, de blik ontsteeg die in haar ogen kwam te liggen. Heeft ze onverwacht naar jou teruggekeken, las ze jouw intenties en zag je hoe ze snel haar lokken in haar dijen legt, alsof ze weet dat jij niet lang zult kunnen wachten om haar aan te kleden met haar naaktheid? Kijkend naar haar begrijp ik, Sandro, hoe ze jou één oogopslag te snel af blijft in ons. Haar onschuld komt nog. Vorige Volgende