Het Liegend Konijn. Jaargang 7(2009)– [tijdschrift] Liegend Konijn, Het– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 141] [p. 141] [Ik heb zelden geschreven, altijd gewacht...] Ik heb zelden geschreven, altijd gewacht tot in het kraakpand van de klank betekenis aanbrak. Geslepen gelummeld, alert gedommeld aan de oevers van de Styx. Een dijbeen, schedeldak of schouder, gekarteld bekken of gebarsten kruik drijft al zinkend alle talen op de spits Ergens valt volkomen doof de mond van een drenkeling dicht rond het kiezelglad getier van de dictator. In de strot der gehangenen stamelt wier en de beul grimlacht groen in algen en gekringel. Ons wacht als noodlot vroeg of laat een vorm van stolling maar de dingen kolken nog. Nergens zwijgt de botte wereld luid genoeg, hard genoeg. Vorige Volgende