Het Liegend Konijn. Jaargang 6(2008)– [tijdschrift] Liegend Konijn, Het– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 115] [p. 115] Zij is te vinden aan haar binnenkant U vindt mij mooi? Ik ken de kou van mij in de uiterst aandachtige adem van mijn maker liggen schamen. Nooit was ik genoeg. Die blik van hem, zijn handen die maar deden: het is niet goed, we doen er oortjes op smelten er voetjes aan, schuren haar met zand totdat het glanst, we scheppen er de ziekte uit en branden haar in vorm tot zij iets is dat glad en sierlijk op zichzelf kan staan en pijnloos zwijgt, definitief, liefst in de schaduw van een kamer - wie langsloopt en toevallig naar haar kijkt moet denken: fijn, daar is ze voor. Ik ben dit niet. Ik zit verscholen op de plek waar ik geboren ben als mest en stro, in de holte onder de mascara van mijn gepolijste glasdraden die hij tot slot om ook de laatste wilde, vreemde, onooglijke resten van mij uit te wissen volstopte met nachtzwart. Vorige Volgende