Het Liegend Konijn. Jaargang 2(2004)– [tijdschrift] Liegend Konijn, Het– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 47] [p. 47] Naar de vaantjes 1 Across the universe in een Antwerpse winkelwandelstraat en altijd wandelt je vermoeidheid mee, ouwe schuimer. Maar je strompelt, strompelt voort. Horen wil wie hoort - dat schrijf je in café Rood-Wit. 't Stad verslikt zich in het laatste zonlicht, spat uiteen in regen. Traanlach mergt je botten ongehoord. ‘Is je meisje van 't hondje gebeten? Sms haar naar de Schelde, trekvogel of nog een takkeling? Ik knap een uil. Sein dit grafschrift naar de meeuwen.’ Bij de stadsmussen, strijk hier neer. Schamel maar bevlogen was mijn vaandel. Het wapperde voor haar, mijn Bonny. Vervlogen? Alle hens aan het wolkendek. Vorige Volgende