Het Liegend Konijn. Jaargang 1(2003)– [tijdschrift] Liegend Konijn, Het– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 71] [p. 71] 4 Ik mis de lakens nat van de kuip uitgewrongen in navelstrengen het woelen van minnaars en stervenden, het knagen van muizenissen gemekker van uitgetelde schapen bronst in hun tot vuist gebalde materie. Ze hingen te wit te uitgestreken aan de draden deden de ogen tranen op heldere dagen maar zelden vergaten ze alles wat ze ooit verborgen of in arabesken hadden omspeeld. Niets zo manziek als linnen dat riekend naar gras en de lucht van de stal me in zijn plooien opnam als een maagdelijk blad en door de nacht beschreven aan de blozende ochtend gaf. Men zegt dat ze vroeger de krant van de armen werden genoemd. [pagina 72] [p. 72] Elke vlek ging van hand tot hand op de rand van de bron waar 's vrijdags de meiden hun manden leegden. Vorige Volgende