'Biographieën van beroemde mannen uit den Deventer-kring'
(1901-1903)–Anoniem Levens van onderscheidene vrome vaders– Auteursrecht onbekend
[pagina 1]
| |
Biographieën van beroemde mannen uit den Deventer-kring.
| |
[pagina 2]
| |
dinge, die een ander in hem laefde, bytterlike plach te bescreien, ende sechde: ‘Ghi pryst dit in my; mer ic en weet niet, hoe dattet God in my ordelen wil.’ Op ene tijt quam een jonge tot hem om wat guets van hem te hoeren, daer hij hem seer oetmoedelic in bewees, ende hij seechde hem vele gueder punten van sijnen medebruderen. Ende hij noemde hem sommyge bruders, die een deel tijts na hem totten dienste Godes gecomen weeren, ende sechde, dat sij hem veer bavengengen in duechden. Ende daerom soe riet hij den jonge, dat hij mit dien bruders sine callinge solde maken, want daer solde hij seer van verbetert mogen werden. Dese selve jonge quam op een ander tijt (fol. 222v)Ga naar margenoot+ tot desen gueden man om sine bangicheitGa naar voetnoot1) hem te apenbaeren, want hij was op die tijt in groten druck sijns herten. Ende als die guede man dat hoerde, soe was hij hem seer vrendelic ende troestelic. Ende onder ander woerde sechde hij hem dat woert des propheten: ‘Na mennichvoldicheit der bedruckenisse soe hebben, Here, dine troestinge mijne ziele verblijt’Ga naar voetnoot2). Ende die jonge genck walgetroest van dan. Om sijnre eersemmiger stichtiger wanderinge wil soe waert hij geordiniert priester te werden. Doe dese guede bruder dat vernam, screide hij te male seer vele trane, ende hij rekende hem selven daer veel te onweert toe. Ende van rechter oetmoedicheit sechde hij, dat hij anxt hadde, dat die (fol. 223r)Ga naar margenoot+ gene | |
[pagina 3]
| |
zwaerlike gesundicht hadde, die den raet gegeven had, dat men hem priester solde maken. Ende aldus in sinen oetmoedigen voelen blivende, doe hij iiij of v werf mysse had gedaen, sterf hij zalichlic in den Heren, int jaer ons Heren m cccc, des dages na santeGa naar margenoot+ Gregorius dachGa naar voetnoot1). Ende hij waert begraven in den grave sinre bruders op sante LebuïnusGa naar voetnoot2) kerchoef. |
|