Leringhe van orinen
(1917)–Anoniem Leringhe van orinen– Auteursrecht onbekendLeringhe van orinen. In: Instituut voor Nederlandse Lexicologie (samenstelling en redactie), Cd-rom Middelnederlands. Sdu Uitgevers/Standaard Uitgeverij, Den Haag/Antwerpen 1998.
-
gebruikt exemplaar
Voor de digitale editie van Leringhe van orinen in de dbnl is gebruik gemaakt van de Cd-rom Middelnederlands die in 1998 werd uitgebracht door het Instituut voor Nederlandse Lexicologie.
algemene opmerkingen
De tekst op de Cd-rom Middelnederlands berust op de uitgave:
J. Munk (ed.), Een Vlaamsche 'Leringe van orinen' uit de veertiende eeuw. Leiden, [1917], 50-81.
Op de cd-rom is ook de paginering opgenomen van de uitgave uit 1917; deze paginaverwijzingen zijn hier achterwege gelaten. Wel zijn de verwijzingen naar de foliumnummers en de kolommen in het oorspronkelijke handschrift hier overgenomen.
Op de Cd-rom Middelnederlands wordt de volgende beschrijving gegeven van de oorspronkelijke bron:
‘Bron: Brussel, Koninklijke Bibliotheek, 15624-41
Datum: 1351
Omvang: 9350 woorden
Opm.: Handschrift van 148 bladen, 2 of 3 kolommen per bladzijde, 50 tot 53 regels per kolom. De Medicina van Jan Yperman bevindt zich op fol. 54r-73r; het hs. bevat verder o.a. nog de Natuurkunde van het geheelal (fol. 1-6r), de Leringhe van orinen (fol. 22r-28r), het Liber Magistri Avicenne (fol. 28v-45v), enkele teksten over de weerspiegeling van iemands innerlijk in zijn uiterlijke kenmerken (zie Fysionomie (proza)) (fol. 46r-48r), uittreksels uit Jacob van Maerlants Heimelijcheit der heimelijcheden en Der naturen bloeme (fol. 75v-77r), Der mannen ende vrouwen heimelijcheit (fol. 77v-85r), een tekst over handwaarzeggerij (zie Chiromantie (proza) (fol. 85r-88v), de Herbarijs (fol. 91r-107r) en Jan Ypermans Cyrurgie (fol. 108r-147v).
Status: Diplomatisch
MNW-nr: 693.3, 1485
Opm.: Munk gebruikte bij zijn editie in feite twee leringhen van orinen, beide voorkomend in dit handschrift (fol. 22r28r en fol. 48r-51v) en door hem resp. aangeduid met de siglen B1 en B2; B2 is echter naar alle waarschijnlijkheid een (op zichzelf staand) uittreksel van B1; Munk neemt daarom van B2 alleen de door hem van belang geachte varianten in voetnoot bij B1 op (een enkele keer ook tussen vierkante haken in de tekst van B1 zelf); alleen het slot van B2 (fol. 51vb), dat niet in B1 terug te vinden is, neemt hij integraal aan het eind van zijn editie op; tussen vierkante haken is incidenteel ook de lezing te vinden van de tekst in hs. Parijs, Bibliothèque Nationale, Ms. néerl. 54 (sigle P), dat een sterk met B2 verwante tekst bevat. In de Leringhe van orinen komt veelvuldig de afkorting .b. voor, door Munk steeds vervangen door bet.; de originele afkorting .b. is hier echter opnieuw ingevoerd, omdat de editeur met bet. 1. suggereert dat de afkorting vervolledigd moet worden tot een vorm van het werkwoord betekenen, en 2. tegelijkertijd een vervollediging tot bediet, dat voluit eveneens in de tekst voorkomt, uitsluit.’
redactionele ingrepen
Kop [Leringhe van orinen] toegevoegd