Goed gelezen
Uit de C-kast
Door Max Verbeek
Boeken voor lezers van 12-16 jaar
Bij gebrek aan een voldoende aanbod van nieuwe historische jeugdromans was het me niet mogelijk bij het thema van dit nummer aan te sluiten. In plaats daarvan een greep in het algemeen. Drie jeugdromans, een middelmatige, een goede en een slechte, en een goed bedoeld informatief jeugdboek, waarover ik toch wat twijfels heb.
Fenna van Veronica Hazelhoff (Sjaloom, ƒ 19,90; Infodok, Bfr 398) heeft een weliswaar intrigerende, maar buitengewoon lelijke omslag. Niemand van ‘mijn’ middelbare scholieren zou het, alleen daarop afgaande, willen lezen. Het verhaalt hoe Fenna haar humeurige, gescheiden moeder. Emmie, uit haar midlifecrisis poogt te tillen, hoe Emmie opfleurt als ze weer in contact komt met haar vroegere vriendinnen en hoe die hernieuwde kennismaking op pijnlijke wijze aan het licht brengt hoe die vriendinnen één van hen, ook Fenna geheten, dood hebben laten gaan. Door afwisselend over toen en nu te vertellen geeft de schrijfster de lezer inzicht in het geheim rond de dood van ‘Fenna 1’ en de wijze waarop ‘Fenna 2’ achter de waarheid komt. Het verhaal wint daardoor zeker aan spanning, maar vergt van de lezer wel enig concentratievermogen. Bezwaarlijker vind ik dat het verhaal nogal ‘kaal’ verteld is, met slechts af en toe een rake observatie, en dat de dialogen niet altijd even sterk zijn. Wat dacht u bijvoorbeeld van dit telefoongesprek van Fenna 2 met de jongen op wie ze verliefd is en wiens zusje van huis is weggelopen.: ‘“Wie is dat?” vraagt Daan slaperig. “Eh... met Fenna. Jiske zit hier en...” Hij klinkt meteen heel wakker. “Waarom? Hoe?”’ Tja. Verder bekroop mij al lezend het gevoel dat het verhaal misschien interessanter is voor subassertieve dames-met-last-van-midlife-crisis dan voor tieners, maar ik kan me natuurlijk vergissen.
De korte inhoud van Het Bedrog van Albert Lichanev (Simon, ƒ 24,90) klinkt waarschijnlijk als een regelrechte (Russische) kommer-en-kwelroman, maar is dat niet. Lichanov kan, wat Hazelhoff minder lukt, namelijk de lezer boeien middels veelzeggende details en understatements. Serjozja moet wel heel wat doorstaan. Hij leeft samen met zijn moeder, van wie hij begrepen heeft dat zijn vader als piloot een heldendood is gestorven. Die vader vereert hij, hoewel (of juister, als gevolg van het feit dat) hij hem nooit gekend heeft. Serjozja kan het uitstekend met zijn moeder vinden, maar zijn evenwichtige bestaan komt in gevaar als zijn moeder verliefd wordt op Nikodim. Hij verzoent zich echter met haar vrijer tijdens de idyllische huwelijksreis. Als zijn moeder in verwachting raakt, is hij aanvankelijk weer jaloers, maar daarna verheugt hij zich op een broertje of zusje. Zijn moeder sterft echter bij de bevalling. Serjozja geeft Nikodim de schuld: zonder hem was zijn moeder blijven leven. Ook de baby, het laatste wat hem van zijn moeder rest, gaat dood. Zijn moeder is voor niet doodgegaan. Dan laat de zwakke, egoïstische Nikodim hem in de steek. En alsof dat allemaal nog niet genoeg is, krijgt Serjozja een volgende dreun te verwerken: zijn vader leeft nog en is zo ongeveer het tegenovergestelde van de held die hij zich altijd had voorgesteld. Het verhaal vertoont aan het slot Schuld en boete-achtige trekken, als Serjozja een oude, lelijke vrouw berooft teneinde zijn schulden te betalen. Ook al maakt deze knaap in een jaar tijd iets teveel tegelijk mee, het verhaal is toch geen draak geworden. Integendeel, het is innemend en ontroerend, dankzij de onderkoelde en trefzekere vertelwijze en de afwezigheid van effectbejag.
Dat laatste geldt jammergenoeg niet voor De zwarte spiegel van W en H. Hohlbein (Lemniscaat; Denis). Wat een draak van een verhaal. Kims zusje ligt in een coma. Een oude, geheimzinnige man met een grijze baard uit het rijk Legenda vertelt Kim dat zijn zusje zich in het land van het kwade gewaagd heeft en legt hem uit hoe hij haar daaruit kan redden. Via de verhaaltruc van de droom stapt Kim van werkelijkheid in fantasie en in één moeite in zijn modelvliegtuig-met-stoomkracht en raast naar het land waar het kwaad huist. Hij moet daar vele ‘draken’ verslaan, maar uiteindelijk lukt het hem toch zijn