Goed gelezen
Uit de C-kast
Door Max Verbeek
Boeken voor lezers van 12-16 jaar
Als je alleen zou afgaan op de omslagillustratie, zou je deze boeken dan lezen? Die vraag stelde ik aan twee brugklassen. De vier boeken die ik liet zien waren een min of meer willekeurige keuze uit de stapel.
Sylvia Weve heeft wat hen betreft met haar omslag voor Bozo's Droom van Trude de Jong (Sjaloom, ƒ 19,90) haar doel bereikt. En de inhoud viel hen niet tegen. Dat bleek overduidelijk tijdens het voorlezen. Elke les zeurden ze om een nog langer stuk Bozo. Sidderingen van afschuw en genot schieten door de rijen. Bij het verlaten van de klas klinken luide commentaren. Hoe speelt ze dat klaar? Een paar verklaringen. Haar stijl: korte, trefzekere zinnen, lekker bekkende dialogen, een eigentijdse woordkeus (‘postgiroblauwe ogen’), understatements, zodat de lezer het gevoel gegund wordt dat hij het verhaal snapt, korte hoofdstukken (gemiddeld 3 bladzijden) met steeds nieuwe wendingen die het verhaal vaart verlenen.
Haar thema: even zwart-wit als de tekeningen van Sylvia Weve. Nieuwstad, een nieuwbouwwijk vol eentonige eengezinswoningen, zo doods, kleurloos, dat de mensen dat ook worden, tegenover Oudstad, afwisselend, levendig, kleurrijk net als de mensen die er wonen. Een enge club Nieuwstadbewoners slaagt er al aardig in iedereen gelijk te schakelen en te reduceren tot kleurloze marionetten, tot puber Agnalize en apothekersknecht Frank er zich mee gaan bemoeien.
Haar verhaalfiguren: duidelijk herkenbaar, maar te zwaar aangezet om echt te kunnen bestaan. Dat karikaturale maakt hen lachwekkend en het verhaal sympathiek. Agnalize bijvoorbeeld is een toffe meid met het hart op de juiste plaats, zelfbewust, agressief totdat ze verliefd wordt op de iets oudere, onverschillige, non-conformistische gesjeesde student Frank. Dan is ze zo onzeker als een puber hoort te zijn. Valt hij ook op haar? Vindt hij haar mooi, interessant? Wil hij met haar vrijen? Zij is nog maagd, maar al haar vriendinnen schijnen al met iemand naar bed te zijn geweest. Bozo, de boosaardige apotheker, is een enge tovenaar, die de buurt in zijn macht probeert te krijgen door middel van zijn pilletjes en die Agnalize poogt te verleiden met een heksendrank. Dan zijn daar ook Agnalizes aardige, begrijpende vader, en haar lieve, maar te makkelijk beïnvloedbare moeder. Mevrouw Grongrijp, de aanvoerdster van het KVAN (Kleur Vereent Alle Nationaliteiten), een bazige, onverdraagzame matrone die met Bozo samenspant in het streven iedereen even grijs, kleurloos en vooral willoos te maken en en passant de eigen zakken te vullen.
Haar vermogen de spanning op te voeren: slaagt dat KVAN in zijn misdadige opzet? Laat Agnalize zich door Bozo ontmaagden? Of bewaart ze die ervaring voor iemand van wie ze tenminste houdt? Ik kan U wel verklappen dat bij elk antwoord op deze vragen een zucht van verlichting door de klas ging.
Zeer aantrekkelijk vond men ook de omslagillustratie van Juliette de Wit voor Het Nijlpaard van Marilyn Sachs (Querido, ƒ 21,90). Het thema is enigszins verwant aan Bozo's droom. Ook hier probeert iemand een ander volledig in zijn macht te krijgen, zij het ogenschijnlijk met de beste bedoelingen. De 17-jarige, aantrekkelijke Jeff is aanvankelijk verliefd op de mooie, intelligente, talentvolle, Norma. Jaloerse getuige van hun gevrij is de vette, saaie, lompe Ellen, bijgenaamd het nijlpaard. Als Jeff haar kwetst en Ellen zo doodongelukkig maakt, dat ze zelfmoord wil plegen, ontfermt Jeff zich over haar. Van schuldgevoel en medelijden veranderen Jeffs gevoelens voor Ellen in verliefdheid. Jeff laat de mooie Norma vallen voor de lelijke Ellen. Op zich een onwaarschijnlijke omwenteling, maar het knappe van Sachs is dat ze dat toch aannemelijk weet te maken. Jeffs ouders zijn gescheiden; zijn zusje kiest voor de gezelligheid van het nieuwe gezin van haar vader, Jeff blijft bij zijn ongelukkige moeder, omdat hij zich voor haar verantwoordelijk voelt en zij hem nodig heeft. Maar veel waardering ondervindt hij niet van zijn ouders. Des te meer van Ellen en haar ouders. Ellen heeft hem hard nodig. Haar leven hangt zelfs van hem af.
Norma daarentegen heeft genoeg persoonlijkheid om zonder hem te kunnen. Jeffs zorg voor Ellen wordt door de buitenwacht uitgelegd als edelmoedig. De lezer van dit ik-verhaal weet wel beter. In werkelijkheid gebruikt Jeff Ellen om zijn ego op te krikken. Dankzij Jeff knapt Ellen zienderogen op: hij laat haar een vermageringskuur volgen, hij kiest voor haar kleding en make-up die haar tot iets bijzonders maken, hij coacht haar houding en optreden, zodat ze zelfbewuster wordt. Ellen en haar familie smelten van verliefdheid, respectievelijk dankbaarheid en Jeff groeit in zijn rol van nobele sprookjesprins. Binnen een halfjaar verandert hij Ellen van een eenzaam, ongelukkig, lelijk varken in een stralend, zelfbewust, volslank biggetje. Tot hij tot zijn woede en teleurstelling ontdekt dat zij niet precies zo wil zijn als hij had bevolen. Sterker nog, dat ze hem eigenlijk niet meer nodig heeft. Dat dit verhaal toch aannemelijk klinkt komt door Sachs genuanceerde toon en de ik-vorm waarin ze vertelt. De lezer beleeft het verhaal vanuit het standpunt van Jeff; je leert hem kennen als een jongen die tegelijk onzeker, angstig en egoïstisch is, en beheerst wordt door jaloezie en machtswellust, maar die ook zijn sympathieke momenten heeft. Wel een jongen die je je kunt voorstellen, geen jongen die je zelf zou willen zijn.
Zo eigentijds en flitsend als Trude de Jong schrijft, zo ouderwets en traag vertelt Miep Diekmann in Verliefd? Hoezo? (Westfriesland, ƒ 20,00) eerder afzonderlijk verschenen als Annejet laat het er niet bij zitten (1957) en Annejet knipt de kaartjes (1958). Een ‘herziene uitgave’. Misschien was opnieuw uitgeven niet zo'n goed idee. Er moet eigenlijk nog steeds teveel herzien worden. Het stoffige bak-