Blij dat ik vrij, sexgids voor jongens van de Amerikaanse sexuoloog J. Gale (Ploegsma, ƒ 22,90), vertaald en bewerkt door NVSH-medewerkster Tineke Wibaut-Guilonard, is volgens de uitgever bestemd voor ‘jongens vanaf 14 jaar’. Deze leeftijdsbeperking wordt verder niet gemotiveerd. Van dezelfde auteur verscheen Vrijen is verrukkelijk, sexgids voor meisjes. Gale bekent, net als Rutgers, vroeger niet (goed) voorgelicht te zijn en ook hij wil dat leed huidige jongeren besparen. Ook deze auteur staat gelukkig positief tegenover jeugdige sexuele gevoelens en behoeften, tegenover masturberen en vrijen. Gale geeft echter geen verklarende woordenlijst, zoals Rutgers, maar een uitvoerige handleiding waar je als jongen (en als meisje) veel meer aan zult hebben. Hij wisselt zijn theorie ook af met aangename opdrachten, zoals het leren ontdekken wat voor jou de fijnste manier van zelfbevrediging is. Ook Gale laat zijn sexlessen vergezeld gaan vaneen moraal: wees je bewust van je verantwoordelijkheid tegenover je partner, en daar lijkt me niets tegen. De plaatjes zijn saai, maar wel ter zake en verduidelijkend. Toegevoegd is een lijst met nuttige adressen. Blij dat ik vrij geeft meer waar voor zijn geld dan Het boekje voor groene jongens.
Toch geef ik de voorkeur aan Eerste liefde, eerste sex, een volwassen boek voor jongeren, besproken in En nu over jeugdliteratuur 1986/4. Dit boek is bestemd voor beide kunnen; de informatie is misschien minder grondig en minder technisch dan in Blij dat ik vrij, maar de stijl en de vormgeving zijn voor jongeren veel aantrekkelijker. Foto's zeggen, zeker over dit onderwerp, meer dan schematische tekeningen. Naast veel technische en biologische informatie besteedt Eerste liefde, eerste sex eveneens ruime aandacht aan de emotionele en sociale kanten van sex; de toon is tolerant, genuanceerd en aangenaam vrijzinnig.
Niet voor jongeren, maar wel het vermelden waard is Ze weten alles al, een oriëntatieboek over sexuele vorming voor het voortgezet onderwijs van Doortje Broeken, Jorom de Bree en Desiree Veer (SUA, ƒ 19,50). Het loopt vooruit op een komende wet betreffende het voortgezet onderwijs, waarin sexuele vorming een verplicht onderdeel van het leerplan zal gaan vormen binnen het vak gezondheidskunde, aldus de auteurs. Een schoolboek dus, zij het bestemd voor docenten. Het boek komt voort uit een gezamenlijk project van Rutgersstichting, NVSH, Schorerstichting, COC en Bureau Gezondheidsvoorlichting en -opvoeding Amsterdam. Ook deze auteurs melden vroeger op school slecht voorgelicht te zijn. Vandaar. Het eerste deel brengt o.a. verslag uit van een onderzoek naar bestaande sexuele voorlichting op Amsterdamse scholen, het tweede deel bevat de uitgangspunten voor hun sexuele vorming (‘emancipatorisch’) met enkele praktijkvoorbeelden en verder praktische aanwijzingen, oefeningen en spelvormen teneinde jongeren met elkaar aan de praat te krijgen over ‘vrijen, lichaamsbeleving, homosexualiteit, anticonceptie en relaties’. Een nuttig, maar moeilijk vak, lijkt me, zowel voor de leraar als voor de leerlingen. Een aardige aanvulling op met name deel één van Ze weten alles al is de VARAsexenquête uit 1984 (VARA Servicemap 7, postbus 175, 1200 AD Hilversum) met gegevens over wat jongeren weten van en hoe ze denken over sex. (De gemiddelde leeftijd waarop jongens en meisje tegenwoordig met elkaar naar bed gaan is 16 jaar.)
Tja, en dan Girl, voor meisjes zoals jij, de complete handleiding voor de jonge vrouw, van Jan Shure (Rostrum, ƒ 19,95). Een zeer luxueuze uitgave, rijk voorzien van illustraties, zwartwit en kleurenfoto's. Het werkje is niet bepaald ‘emancipatorisch’, maar het past wel prima in de egotripperige Viva-stijl. Alles over gezond eten, gezond drinken, gezond afvallen, gezond slapen, gezond vrijen (‘Statistieken tonen aan dat als je regelmatig geslachtsgemeenschap hebt en jonger bent dan zestien jaar, de risico's voor je gezondheidheid op lange termijn groter zijn, dan voor meisjes en vrouwen die ouder dan negentien zijn.’ O ja?)
Alles over je huid, je haar, je borsten (‘Ook als je flinke borsten hebt, moet je niet wanhopen. Mits je niet te dik bent en je de spieren met genoeg beweging in conditie houdt, zul je er in bikini altijd geweldig uitzien en dat supervrouwelijke figuur hebben dat op de andere sexe zo'n aantrekkingskracht uit oefent.’) Kortom, alles voor wie het fijn vindt om zichzelf te zijn, het wachten is nu nog op Boy. Tot slot Wie? Ik?, transactionele analyse voor tieners, van Alvyn M. Freed. Nog zo'n produkt van het ik-tijdperk. ‘Transactionele analyse is een eenvoudige, plezierige, opwindende en handige methode om alle afschuwelijke problemen waarmee we geconfronteerd worden de baas te worden.’ U weet wel: ‘Ik ben O.K. Jij bent O.K.’ Ook sex is zo'n probleem dat je met TA kunt overwinnen. Eerst verheft de auteur sextot probleem en maakt zijn lezer bang, want je kunt van vrijen een geslachtsziekte oplopen (‘Allerlei geslachtsziekten zijn zo langzamerhand resistent aan het worden tegen de gangbare geneesmiddelen’!) of je vriendin kan zwanger worden, en noch abortus noch een kind krijgen op jeugdige leeftijd zijn goed voor je ego. Dan volgt de oplossing: masturberen! Veel gezever over de ‘ouder’, het ‘kind’ en de ‘volwassene’ in jezelf, maar geen woord dat echt verstandig concreet en bruikbaar is. Wel vage, abstracte raadgevingen als: ‘Sta jezelf toe om in je sex en in je werk te slagen, dat wil zeggen: zorg dat je in staat bent om je eigen sexleven en dat van andere te evalueren, om je eigen werk te beoordelen en om succes te hebben.’ Zoals gezegd: ‘eenvoudig, plezierig, opwindend en handig’.
Als toegift de nieuwe boeken van twee auteurs die hun lezers graag willen bekeren, zij het niet tot hetzelfde geloof: Gevangenis met een open deur van de domineeszoon Jan Terlouw (Lemniscaat, ƒ 24,50) en Arendsoog en het Frame complot van de onderwijzerszoon Paul Nowee (Malmberg, ƒ 12,50). Hoe verschillend in andere opzichten ook, Terlouw en Nowee hebben met elkaar gemeen dat zij van hun lezers betere mensen willen maken, middels een spannend verhaal.
De deugden van die ‘betere mens’ bestaan bij Nowee eenvoudig uit het naleven van de Tien Geboden, met name het Eert uw Vader en uw Moeder, Gij zult niet stelen en Gij zult niet doden. (Voor bv. het zesde gebod, Gij zult geen onkuisheid bedrijven, bestaat binnen de wereld van Arendsoog geen enkele aanleiding. De twee boezemvrienden Arendsoog en Witte Veder trekken dag en nacht met elkaar op, maar hun verhouding is kennelijk zuiver platonisch.)
De ‘betere mens’ van Jan Terlouw is iemand die vrijmoedig leeft en verantwoordelijkheidsgevoel en respect toont voor zijn medemens en de natuur. Wie Koning van Katoren, Oorlogswinter en