Een lees- en zangboekjen voor de jeugd(1853)–Anoniem Lees- en zangboekjen voor de jeugd, Een– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 1] [p. 1] Liederen en gedichten van het kerkelijk jaar. No 1. Voorzang (I). 1. Rijst, mijn zinnen! rijs, mijn zang! Rijst mijn zinnen! klink, mijn psouter! Om te loven 't Heilig Outer Van mijn God, uw leven lang! Van den vroegen dageraad Spant uw snaren, schalt uw dichten, Tot dat weêr de zon verlichten 't Weder-rond des aardrijks gaat. 2. Of het weêr met zulken geest Mocht geschiên van zucht en ijver, Als er in den eersten Schrijver Van de Psalmen is geweest! [pagina 2] [p. 2] Koning David, uw gebed Is mij hier vooral van noode, Opdat ik mijn zang te Gode Stier naar d'inhoud van zijn Wet! 3. 't Is toch 's Heeren zoete min, 't Is zijn glorie, zijn genade, Die 'k wil zingen; 't zijn de daden Van zijn Hemelsch Huisgezin; Huisgezin, waarin weleer Ons vermaand werd, dat wij prijzen Met gezang van zoete wijzen Zouden d'allerhoogsten Heer! 4. Dat dan dit ons gantsche werk Opgedragen zij den Koning En der nooit volprezen Woning Van zijn dier gekroonde Kerk! Rijs mijn zinnen! rijs mijn zang! Rijst mijn zinnen, klink mijn psouter! Om te loven 't Heilig Outer Van mijn God uw leven lang! Vorige Volgende