Kunst en Leven. Jaargang 1

[p. 1]

Mengelingen

I. Nieuwe artistieke boekmerken

Enige welwillende boekenliefhebbers stellen ons in staat, de lezers van Kunst en Leven een afdruk vóór te leggen van een reeksje boekmerken, door enige Zuid- en Noordnederlandse kunstenaars gedurende de laatste jaren voor hen vervaardigd.

[p. 2]

In de eerste plaats vermelden wij vijf ex-librissen door Edmond van Offel, die, zoals overigens algemeen genoeg bekend is, zich van lieverlede tot een ware en zeer gezochte specialieteit in dit juist niet gemakkelike vak heeft weten op te werken.

Zijn merken voor D^r Marten Rudelsheim, de scheepsreder Emiel

[p. 3]

Beuckeleers, de kunstsmid L. Verhees, de dichter de France en vooral de onvermoeide bestuurder van ‘Durendal’, de simpatieke priester-letterkundige Moeller, zijn geheel op de hoogte van zijn beste vroegere proeven.

Een geestrijk ex-libris leverde Herman Teirlinck, de uitgelezen verteller van In 't Wonderland. De ernst van 't leven tussen lijden

[p. 4]

[p. 5]

[p. 6]

en luim, accompagnement obligé, deze beide, van het eerste, zijn zeer wel uitgedrukt in de drie koppen, door hem getekend.

Een kranig stuk is het boekmerk, dat Flor van Acker uitvoerde

[p. 7]

[p. 8]

voor de Brugse ‘Maatschappij “de Vrienden der Muzea”’. Op verschillende grootte en in verschillende kleur uitgevoerd, door en door Brugs van opvatting, is het daarenboven krachtig getekend. Alleen de kop van ‘het beertje van de Poortersloge’ had wat gelukkiger kunnen zijn, dunkt ons.

[p. 9]

Vermelden wij, terloops, met grote lof, de mooie allegoriese tekening, Brugge's Verleden, welke het gemeentelik muzeum aldaar van deze talentvolle kunstenaar onlangs aankocht. Zulk een werk geeft hem recht op een plaats naast onze beste tekenaars!

Eenvoudig, doch stijlvol is het door Oosterman op hout gesneden boekmerk voor de Haarlemse archietekt Jan Stuyt. Het loofwerk had wellicht noch gewonnen, zo de tekenaar de dikte van de lijnen wat meer had afgewisseld. Het geheel verdient in elk geval grote lof.

Huib. Luns' merken voor de heren Th. Luns en Frank Luns

[p. 10]

en Theunissen zijn, in een geheel andere manier, twee niet onverdienstelike proeven. Veel belangrijker komen ons echter voor de kerst-, nieuwjaar- en eerste kommuniekaarten, door de zelfde jonge kunstenaar. Vooral de tekniese uitvoering is treffend.

P.