De poppen krijgen les.
Men had den arm van Klaartje weder gemaakt, en nu wachtte
zij, dat men haar terug kwam halen. Zij hield hare groote
oogen gedurig op de deur van het magazijn gevestigd, en
strekte hare armen uit, alsof zij naar buiten wenschte te gaan.
‘Verlangt gij er zoo naar, mij te verlaten, Klaartje?’ vroeg de
koningin droevig. ‘O, vergeef het mij, mijne koningin!’ antwoordde
Klaartje, ‘dat ik zoo gaarne wil vertrekken; want de poppen krijgen
dezen morgen les van de jonge meisjes, en jufvrouw Marie heeft mij
een nieuw schrijfboekje beloofd. Zij zal mij zelve leeren. Het is
waarlijk een genoegen, door haar te worden onderwezen! Zij is zoo
zachtzinnig en geduldig; maar als jufvrouw Louise zich met mijne lessen
bemoeit, mag ik zeker niet naar de bruiloft van mijn nichtje gaan;