Het tweede deel van de koddige olipodrigo(1654)–Anoniem De koddige olipodrigo– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 171] [p. 171] Op Me-Iuffr. Dianira, en aan de zelve. DIaniertje, 't Aardig Diertje, Heeft een Viertje, Door een zwiertje, In mijn koud' en kille borst, Doen ontvonken Door het pronken Van haar lonken, Dat ik dronken, Echter noch na meer min dorst. G. Verbiest. Vorige Volgende