Jong Dietschland. Jaargang 9(1906-1907)– [tijdschrift] Jong Dietschland– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 98] [p. 98] Herfst Het groote bosch nu om en om mijn oogen bloedt uit duizend wonden, de druppelen rood nu sijplen traag van stam en tak op purpre gronden. 't Is bloed nu dat 't geboomte weent in dikke roode en purpre tranen, om 't leven dat te gronde gaat in tragen dood door al de lanen. De lucht hangt uit heur rouw-gewaad het Westen door in purpre vouwen, van wolken die nu roerloos staan, om al het doodgaan te beschouwen. Het groote bosch zal uitgeweend en uitgebloed zijn leven geven. De boomen, neen geraamten staan in wilden wind en storm te beven. Jozef Muls. Vorige Volgende