Jong Dietschland. Jaargang 9

[p. 97]

Herfstlied

Nu goudt de Herfst aan stillen woudenzoom,
De boomen staren wereloos... 't gerucht
Van vooglen ritselt door de blaân,... een droom
Uit ouden zomerzang die schrillend vlucht...

De blaren vallen met een schuchtren zucht.
Nu vloeit op zilver-bleeken stralenstroom
De zon die schreiend sterft aan grijze lucht...
Heel de aarde luistert als een kindje in schroom...

Zoo is me 't lied van prachtig zomerzijn,
Van mooie dingen uit nabijen tijd,
Verstorven... tot een lied van gouden schijn.

Dit is het liedje dat mijn harte weet,
Wanneer het droomend nieuwe smart vergeet
Waar om herinring oude glansen vlijt...

19 October 06
Maurits VAN WINCKEL.