Jong Dietschland. Jaargang 6(1903-1904)– [tijdschrift] Jong Dietschland– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 92] [p. 92] Licht. Koor: muziek van Em. Hullebroeck. 't Is nacht, 't Is sombere nacht; De torens, huizen boomen Verzwonden in de duisternis, De zwarte, die, in 't rijk der droomen, Gebiedster is, En 't aardrijk houdt in hare macht. De spoken en schimmen, Die grijzen en grinnen, Met aaklig gezicht, Bespotten het Dicht: 't Is nacht, 't Is donkere nacht, Daar glimt, in 't Oosten, diep, Een bleeke flauwe klaarte, En 't vooglenkoor, dat sliep, Ontwaakt in 't groen geblaarte. Een straal, als een schicht, Schiet op, in de wolken; Daar vluchten, voor 't Licht, Uit hoeken en kolken En spook en schim, Terwijl, aan de Oosterkim, [pagina 93] [p. 93] De Zon, in vollen luister, Verwint liet aaklig duister. De Zon gebiedt: Huis en toren Treden naar voren; In galmende koren Weerklinkt het plechtig lied: Het Licht verwon! Gegroet, o Zon, O, Gij voor wie het duister zwicht, Heil u, o koningin van 't Licht! A V. Bultynck. Vorige Volgende