Maarsbergen, boerderij De Cruijvoort. Nut en sier gaan samen in de voor de boerderij gelegen boerenhof. Foto auteur, 2003.
Door de ontwikkelingen op het platteland in de afgelopen decennia zijn veel boerenerven ingrijpend veranderd en veel historische elementen verdwenen. Toch zijn er vaak nog oude elementen aanwezig, waarmee bij de nieuwe inrichting van het boerenerf rekening kan worden gehouden. Terughoudendheid en soberheid bij de inrichting van het boerenerf dienen voorop te staan. Overdaad hoort er niet thuis. De traditionele indeling in voorerf en achtererf verdwijnt meestal als het achterhuis tot woonruimte wordt verbouwd. Bij burgerbewoning bestaat gewoonlijk de behoefte het gehele erf rond de boerderij als tuin in te richten.
Boerderij De Cruijvoort in Maarsbergen is een mooi voorbeeld van een verantwoorde herinrichting van een historisch boerenerf rond een boerderij die niet meer agrarisch gebruikt wordt. De boerderij maakt deel uit van de historische buitenplaats Maarsbergen. Het complex bestaat uit een in oorsprong 17de-eeuwse hallenhuisboerderij, bakhuis, hooiberg, een schuur en wagenloods en is in 1998 aangewezen als rijksmonument. Tot 1982 was de boerderij een gemengd agrarisch bedrijf. Daarna werd het een woonboerderij. De huidige eigenaren, de auteur en zijn echtgenote, hebben de boerderij, de bijgebouwen en het erf zorgvuldig gerestaureerd. Daarbij is het oorspronkelijke karakter zoveel mogelijk behouden. Het erf werd opnieuw ingericht volgens oude principes, maar aangepast aan de huidige gebruikseisen. Er is rekening gehouden met behoud van de karakteristieke, streekeigen verschijningsvorm. De traditionele hoofdindeling voor en achter is gehandhaafd. Zo bleef het typerende silhouet van de boerderij en erf in het landschap behouden. Voor de boerderij bevindt zich een met beukenhaag omzoomde hof, met een moestuin en siertuin.
De siertuin bestaat uit een aantal buxusperken waarin 's zomers bloemen staan. Schuin voor de boerderij ligt de hoogstamboomgaard met oude fruitrassen. Het bakhuis, met originele bakoven, wordt gebruikt tijdens bijzondere gelegenheden en voor opslag. Hiervoor staat een leilinde. Het achtererf is sober ingericht en bestaat uit een grasveld en oude klinkerbestrating en een aantal bijgebouwen. De gerestaureerde hooiberg wordt gebruikt als berging. In de voormalige varkensschuur bevinden zich de paardenstallen, het kippenhok, de voeropslag en de machineberging. In de weilandkampjes naast en achter de boerderij grazen de paarden en schapen. De wagenloods is als garage in gebruik. Op het achtererf is een vogelbosje en een poel aangelegd. Verder zijn de houtsingels en knotbomen hersteld, waarbij gebruik is gemaakt van boomsoorten en struiken die in het omringende landschap voorkomen.
In 2000 werd De Cruijvoort uitgeroepen tot ‘Boerderij van het Jaar’ in de provincie Utrecht. De jury van de Boerderijenstichting Utrecht vond dat deze boerderij een uitstekende voorbeeldfunctie vervult in het streven naar het behoud van de karakteristieke verschijningsvorm van boerderij en erf, ook nu de boerderij niet meer zijn oorspronkelijke agrarische functie heeft.
Het nieuwe platteland hoeft geen openluchtmuseum te worden. Maar voor de kwaliteit en de belevingswaarde van het platteland is het belangrijk dat het karakteristieke beeld van historische boerderijen met hun streekeigen boerenerven bewaard blijft. Voorop dient daarbij het behoud te staan van die elementen die het boerderijcomplex als geheel typeren voor een bepaalde streek en tijd.
Het boerenerf heeft in ons land geen beschermde status. Maar net als historische buitenplaatsen zouden ook historische boerderijen met het omringende boerenerf als één samenhangend geheel en belangrijk cultuurgoed moeten worden beschermd en financieel ondersteund. Nieuwe boerderijbewoners, die met gevoel voor traditie historische boerderijen en erven als cultuurhistorische eenheid blijven zien, kunnen hieraan een belangrijke bijdrage leveren.