Ten geleide
Dit boek is de vrucht van een experiment en het werken eraan voelde op verschillende momenten als een sprong in het duister. Al geruime tijd bestond binnen de Rijksdienst voor de Monumentenzorg de wens een publicatie uit te geven gewijd aan de fotocollectie. Zo'n boek zou de weliswaar openbaar toegankelijke, maar nog niet erg bekende verzameling op een aantrekkelijke manier moeten presenteren, niet alleen aan al diegenen die geïnteresseerd zijn in het gebouwde erfgoed en de monumentenzorg in Nederland, maar ook aan de liefhebbers van de (historische) fotografie. De veelzijdige collectie, die in de loop van ruim honderdvijfentwintig jaar uitgroeide tot een omvang van bijna een half miljoen foto's, is dat immers in alle opzichten waard.
Toen zich in de zomer van 1999 het Jaarboek Monumentenzorg 2000 als mogelijkheid voordeed, moesten de tot dan toe vage plannen geconcretiseerd worden. Als doelstelling werd geformuleerd ‘een fotoboek in de ware zin van het woord’. Een boek dus dat de fotografie bij de Rijksdienst voor de Monumentenzorg centraal zou stellen en niet een boek waarin plaatjes over monumenten zouden vertellen en over hoe ermee in de loop der jaren werd omgesprongen. Een boek met weinig tekst en veel beeld, waarin de verschillende aspecten van de monumentenfotografie letterlijk zichtbaar zouden worden.
Het was direct duidelijk dat de selectie van de in dit boek op te nemen foto's het grootste karwei zou vormen. Daarom werd hiervoor de hulp ingeroepen van de collega's binnen de dienst. Dit leverde weliswaar veel suggesties op, maar het overgrote deel hiervan bleek inhoudelijk gemotiveerd. Zo werden vooral foto's voorgedragen van het unieke monument, de belangrijke restauratie, de betreurenswaardige sloop en wat dies meer zij, en niet veel foto's die in de eerste plaats opvielen door hun fotografische kwaliteit. Omdat deze eerste ronde dus relatief weinig bruikbaar materiaal opleverde, werden vervolgens in een aantal sessies vele duizenden mogelijk op te nemen foto's bekeken. Hierbij leverde elke suggestie nieuwe associaties op, nieuwe zoektochten in de omvangrijke, grotendeels alfabetisch op plaatsnaam geordende collectie.
Veel tijd vergde vervolgens het koppelen van de in het boek tegenover elkaar af te drukken beelden. Reeds geselecteerde foto's vielen hierbij soms weer af, nieuwe moesten worden opgespoord. Bij het samenstellen van de ‘paren’ is zoveel mogelijk een inhoudelijke koppeling vermeden en is veelal uitgegaan van beeldrijm of impulsieve associatie, van verrassende overeenkomst of sterk contrast. De uiteindelijke volgorde waarin de zo samengestelde paren hier worden gepresenteerd, is aangebracht door de vormgever, Roelof Koebrugge.
Het boek opent met een tweetal inleidende artikelen, over de monumentenfotografie en over de ontstaansgeschiedenis van de collectie. Daarna volgt het fotodeel, tweehonderd pagina's lang. De foto's worden hier ‘droog’ gepresenteerd, met in een zakelijk bijschrift de naam van de fotograaf, de datering van de opname en een korte omschrijving van