kwam al evenmin subsidie beschikbaar. Het verkrijgen van een accountantsverklaring - noodzakelijk omdat men het onderhoud door mensen laat doen, die op de pachtboerderijen werkzaam zijn - is naar het oordeel van mevrouw Bentinck ten onrechte niet subsidiabel. Het plafond van de in de tijd van haar vader met subsidie gerestaureerde oranjerie - helaas niet voldoende deskundig gedaan - is naar beneden gekomen, maar geld om de zaak te herstellen is er niet. De daken van de gietijzeren kassen zijn aan reparatie toe, maar daar geldt hetzelfde voor. De onderhoudswerkzaamheden, zoals het schilderen van het huis en de bouwhuizen, worden op basis van een tienjarenplan uitgevoerd maar er doen zich telkens situaties voor die ertoe moeten leiden, dat aan andere dan de geplande werkzaamheden voorrang moet worden gegeven. De aandacht voor daken en goten staat voorop want inwatering moet hoe dan ook worden voorkomen. De aanbevelingen, die de Monumentenwacht in zijn rapporten doet, volgt zij zo goed mogelijk op, al betreurt zij het dat de Monumentenwacht is afgestapt van het systeem prioriteiten aan te geven.
Mevrouw Bentinck deelt mee dat met het jaarlijks onderhoud een bedrag van ca. f 50.000, - is gemoeid. Omdat de meeste onderhoudswerkzaamheden kunnen worden uitgevoerd door mensen, die op de pachtboerderijen op het landgoed werkzaam zijn en er dus niet voortdurend professionele onderhoudsbedrijven behoeven te worden ingeschakeld, lukt het om de zaak drijvend te houden. Zou echter steeds gewerkt moeten worden met bedrijven van buiten, dan zouden de jaarlijkse onderhoudskosten (incl. de BTW) tegen een ton belopen. En dan hebben wij het nog niet eens over de ook noodzakelijke vernieuwingen, zoals het verwarmingssysteem, en over hetgeen aan de meubels en schilderingen in het huis zou moeten gebeuren. Ook de onderhoudskosten van het park zitten niet in dat bedrag. Van die f 50.000, - wordt ongeveer de helft weggesubsidieerd in het kader van de onderhoudsregeling. Voor het overige biedt de fiscus enig soulaas.
Vanzelfsprekend is mevrouw Bentinck content dát er (overheids)regelingen bestaan om ertoe bij te dragen dat de eigenaren in staat worden gesteld hun bezitting in stand te houden. Want beheer door een particuliere eigenaar biedt de beste garantie voor een verantwoord, ‘liefdevol’, maar ook zuinig instandhoudingsbeleid. Maar zij vindt dat de subsidiërende overheid niet écht stimulerend optreedt met zijn zeer gecompliceerde en zich telkens wijzigende regels. De overheid zou zich meer moeten inspannen om de (overheids)doelstelling ‘behoud’ te realiseren door bv. eerder en meer op de situatie toegesneden
De havezate Schoonheten bij Raalte.
Foto Archief Kees Scherer, Naarden.
restauratiesubsidies beschikbaar te stellen. Het huidige systeem werkt kostenverhogend.
De dames Bentinck hebben de voorvaderlijke erfenis ongedeeld gelaten. Een BV of stichting hebben zij niet gevormd. Ondanks de wat kritische geluiden marcheren de zaken heel redelijk en lukt het tot nu toe Schoonheten in stand te houden. Maar als het écht niet meer gaat dan rest niets anders dan verkoop en is het gedaan met Schoonheten als niet zozeer monument van kunst maar vooral als monument van (cultuur)geschiedenis. Er zou de overheid het nodige aan gelegen moeten zijn om dát te voorkomen, want huizen met een park als Schoonheten zijn er nog maar héél weinig.
Huis en park zijn niet voor bezichtiging opengesteld. Alleen al een wandeling of fietstocht in de naaste omgeving zal echter iedereen, die daarvoor gevoelig is, ervan overtuigen dat bij Schoonheten ‘natuur’ en ‘cultuur’ op een unieke en zeer fraaie wijze ‘hand in hand’ gaan. En het is de enige wens van de erven Bentinck het zo te laten en de bezitting, die nu al bijna 400 jaar in de familie is, zo ongeschonden mogelijk door te geven aan de volgende generatie. Dáárvoor staan de dames Bentinck dag en nacht ‘in dienst van Schoonheten’.