Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 2020-2021
(2022)– [tijdschrift] Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde [2001- ]– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 137]
| ||||||||
Eric Henk Pool
| ||||||||
[pagina 138]
| ||||||||
van de nieuwbenoemde hoogleraar Hans Ankum (1930-2019, hoogleraar in het Romeinse recht en zijn geschiedenis aan de uva van 1965 tot 1995). Een eerste publicatie als bijproduct van zijn onderwijs zag al snel het licht;Ga naar eindnoot2 in een terugblik is dit opstel als het ware de overgang van de klassieken naar het Romeinse recht. Daarna was het geruime tijd stil: hij werkte aan een dissertatie over de Agamemnon van Aeschylus' en hij legde intussen het kandidaatsexamen Nederlands recht af, en combineerde dit met werkgroep-onderwijs in het Romeinse recht voor de eerstejaars studenten. Een eerste resultaat van zijn wetenschappelijk werk is een lijvig artikel in Mnemosyne. Het was de aanzet voor een proefschriftGa naar eindnoot3, maar doordat er elders een monografie over hetzelfde thema verscheen zag hij daarvan af. Zijn oorspronkelijke promotoren waren C.J. Ruijgh en J.M. Bremer. Hij verlegde vanaf dat moment zijn wetenschappelijke belangstelling nog meer naar het Romeinse recht. Ook zijn korte opstel over de betekenis van videre/videri ne in de Romeinse rechtsbronnen kan in dat licht worden beschouwdGa naar eindnoot4 Eric Pool werd bovendien in toenemende mate belast met de grote eerstejaars hoorcolleges Romeins recht, een gevolg van het steeds groeiende buitenlandse succes van Hans Ankum en zijn daaruit voortvloeiende veelvuldige buitenlandse reizen. In de jaren tachtig hield Hans Ankum een privatissimum over de vormen van eigendom in het Romeinse recht. Hierover publiceerde Pool een eerste Romeinsrechtelijk artikel.Ga naar eindnoot5 Dit artikel bevat een belangrijke observatie over de Latijnse grammatica, die het uitgangspunt vormt voor een drietal zeer lange opstellen over de uitdrukking in bonis esse. Deze artikelen schreef hij samen met Hans Ankum en Marjolijn Van Gessel en zij werden gepubliceerd in drie afleveringen van de romanistische Abteilung van het Zeitschrift der Savigny Stiftung für Rechtsgeschichte, zonder twijfel als een van de langste series samenhangende artikelen ooit (360 pp.).Ga naar eindnoot6 In 1995 promoveerde hij, cum laude, bij Hans Ankum op een beknopt, maar belangrijk proefschrift.Ga naar eindnoot7 Enige tijd nadien werd hij benoemd tot hoofddocent Romeins Recht (met de titel professor) aan de Vrije Universiteit Brussel. In 2004 ging hij zowel in Amsterdam als in Brussel met emeritaat. Bij zijn afscheid zorgden Zuid-Afrikaanse collegae, bijgestaan door enige Nederlanders, voor een welverdiend ‘Festschrift’ met 38 bijdragen behalve uit Nederland, België en Duitsland, ook uit Schotland, Servië, de Verenigde Staten, Zuid-Afrika en Zwitserland.Ga naar eindnoot8 | ||||||||
[pagina 139]
| ||||||||
Eric Pool was een zeldzaam beminnelijk mens, ondergetekende deelde zeventien jaar een werkkamer met hem: daar werd hard gewerkt, maar ook veelvuldig en uitbundig gelachen. Hij was bovendien een bevlogen docent en een buitengewoon minutieus onderzoeker. Hij belichaamde een combinatie van filologische nauwkeurigheid en een goed ontwikkeld juridisch gevoel. Over zijn persoonlijk leven zij meegedeeld dat hij in 1976 in een tweede huwelijk trouwde met Frouwke Venhuizen, classica en lerares Oude Talen. Ze kregen twee kinderen en een aantal kleinkinderen.
Hij laat onder meer een zeer substantieel artikel na dat gepubliceerd wordt in de romanistische Abteilung van het Zeitschrift der Savigny Stiftung für Rechtsgeschichte van 2021, en een artikel dat verschijnt in een van de volgende afleveringen van de Annali dell'Università di Palermo. Finis coronat opus.
laurens winkel | ||||||||
Voornaamste geschriften
| ||||||||
[pagina 140]
| ||||||||
|
|