5. Verslag van de vertegenwoordiger in Zuid-Afrika over het jaar 2000
Er valt weinig opbeurends te melden over de ontwikkelingen in de Zuid-Afrikaanse neerlandistiek. In 2000 werd de drastische inkrimping van het vak voortgezet. Zo moest het Departement Afrikaans en Nederlands bij de Universiteit van de Witwatersrand in Johannesburg sluiten bij gebrek aan studenten. Ooit was dit departement met geleerden als N.P. van Wyk Louw, Ernst van Heerden, Ernst Lindenberg, Edith Raidt en Gerrit Olivier een van de meest vooraanstaande centra voor neerlandistiek en afrikanistiek in Zuid-Afrika. Ook andere departementen aan met name Engelstalige, Zuid-Afrikaanse universiteiten verkeren in grote problemen door de terugloop in het aantal studenten. De beweging in de richting van Engels en een daarmee gepaard gaande dalende interesse voor Afrikaans (en Nederlands) is daar het sterkst te voelen, maar raakt ook de (voormalige) Afrikaanstalige universiteiten. Met uitzondering van de Universiteiten van Stellenbosch en Potchefstroom zijn deze instellingen trouwens allemaal tweetalig geworden, waarbij het de vraag is hoe lang de tweetaligheid in stand gehouden kan worden, omdat verdubbeling van het onderwijsaanbod (in Afrikaans en Engels) erg duur is en veel vraagt van het personeel.
Helaas is er van de kant van de Taalunie geen structurele steun te verwachten voor de Zuid-Afrikaanse neerlandistiek. De Taalunie beperkt zich tot reeksen projectsubsidies die de Zuid-Afrikaanse neerlandistiek in haar geheel steunen - zowel de zwakke als de levensvatbare delen ervan. Deze