Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1963
(1963)– [tijdschrift] Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde [1901-2000]– Auteursrechtelijk beschermdII. Verslag van de secretarisaant.Het aantal gewone leden bedroeg op 1 juni 1963 1029, waarvan 257 buitenlandse. Sedert de vorige jaarvergadering ontvielen ons door de dood 21 leden, terwijl zeven leden in de loop van het jaar hebben bedankt, t.w. G. van den Bergh, A.D.A. de Kat Angelino, M.A. Reinalda, M. Roozeboom, W. Sandberg, W.J. Schuijt en R.W. Wilcocks. De heer S.E. van Praag, die indertijd had bedankt, gaf de wens te kennen weer als lid toe te treden. De 17 nieuwe leden door de jaarvergadering van 9 juli 1962 gekozen hebben allen hun benoeming aanvaard. Krachtens art. 15 der Wet heeft het bestuur in het afgelopen verenigingsjaar 20 leden benoemd, t.w. de dames M.A.P. Meilink-Roelofsz., Nesca A. Robb en C. Waslander-Van der Linden en de heren J.J.A. van Bakel, F.L. Bastet, G.J. Beukes, H.K.J. Cowan, J.P. Gribling, R.C. Hekker, N.F. Hofstee, J.W. Holsbergen, F.A. van Jaarsveld, J.J. Oversteegen, A.L. Schneiders, F.B.M. Tangelder, W.E.J. Tjeenk Willink, J. van der Veen, F.A. Venter, J. Verseput en F.C. Wieder Jr. | |
[pagina 207]
| |
Volgens het besluit van de jaarvergadering van 9 juli hebben de heren Braat en Cohen de plaats ingenomen van de aftredende bestuursleden Brunsting en Fockema Andreae. De heer F.K.H. Kossmann werd door de jaarvergadering als voorzitter gekozen. In de tussentijdse vacature ontstaan door het bedanken van de heer H. Berkhof werd voorzien door de maandelijkse vergadering van 15 februari 1963, waarin de heer Hoenderdaal in zijn plaats werd gekozen. Van de betrokken notarissen is bericht ontvangen dat wijlen Dr. C. Serrurier een bedrag van ƒ 500.- aan de Mij. heeft gelegateerd. Mevr. Ingenhoes-De Waal schonk een door Marthe Antoine Gérardin getekende kop van Dr. Wijnaendts Francken. Dank zij het door de Minister v.O.K. en W. in uitzicht gestelde subsidie van ƒ 15000.- kon o.a. worden overgegaan tot het drukken van een nieuwe ledenlijst en - op advies van de Commissie voor de Uitgave van Geschriften - steun worden verleend aan de firma Brill voor de uitgave van Victorijn's ‘Goliath’ door Prof. Minderaa. In de serie Zwolse Drukken en Herdrukken verschenen de nummers 40 en 41, resp. Dr. A.M. Baay Jhesus Collacien en H.G.M. Prick Lod. v. Deyssel, Gedenkschriften I en II. De maandelijkse vergaderingen werden ook dit jaar weer alle in het Snouck Hurgronjehuis gehouden. Met uitzondering van de aprilvergadering, die i.v.m. verblijf buitenslands van de spr. een week werd verschoven, vonden alle vergaderingen plaats op de derde vrijdag van de maand. Vier vergaderingen werden door de voorz., 3 door de vice-voorz. en een door de bibliothecaris geleid. Het aantal bezoekers varieerde van 14 tot 26 met een gemiddelde van 19. Sprekers waren Dr. A.J.J. de Witte O.P. over ‘Een evolutief-klassieke grammatica’, Prof. Dr. J.H. van den Berg over ‘Leven in meervoud’, Harry G.M. Prick over ‘Lodewijk van Deyssel's hogere clownerie’, Dr. P.H.J. Vermeeren over ‘Een manuscript met rederijkerspoëzie uit de boekerij van Constantijn Huygens’, Dr. N. Wijngaards over ‘Plaats en betekenis van Jan Hermansz Krul’, Dr. Nienke Bakker over ‘Op verkenning in de ‘Gezelle-briefjes’; enkele mededelingen’, Prof. Dr. H. Baudet over ‘Normatieve voorstellingen omtrent het Nederlandse Volkskarakter’ en Dr. J. Gerritsen over ‘Tekst en teken-Werkmethoden der analytische bibliografie geïllustreerd aan Vondel’. Van de activiteiten van de Maatschappij naar buiten gedurende het afgelopen verenigingsjaar moge hier allereerst worden vermeld de aanwezigheid van voorzitter en secretaris bij de bijzetting van het stoffelijk | |
[pagina 208]
| |
overschot van koningin Wilhelmina in de Nieuwe Kerk te Delft op zaterdag 8 december 1962. Beiden vertegenwoordigden ook de Maatschappij bij de uitreiking van de Prijs der Nederlandse Letteren aan Stijn Streuvels in de ridderzaal te 's-Gravenhage op 15 december 1962. De secretaris was aanwezig bij de uitreiking van de Constantijn Huygensprijs aan Hendrik de Vries te 's-Gravenhage op 19 december 1962 en van de M. Nijhoffprijs voor vertalingen op 29 januari 1963. Met de bibliothecaris woonde hij de herdenking bij van Henriëtte Roland Holst in de Singer- concertzaal te Laren op 21 november 1962. De heer De Groot trad tevens op als vertegenwoordiger van de Maatschappij bij gelegenheid van de jaarvergadering van het PEN-centrum te A'dam op 3 november 1962. Het contact met de beide takken liet ook in het afgelopen jaar door de vrij regelmatige aanwezigheid van de vertegenwoordigers van deze afdelingen op de bestuursvergaderingen niets te wensen over. De belangstelling door het bestuur getoond door bijwoning van de vergadering van de ZO-tak op 16 maart ll. door vice-voorz. en secr. werd door het afdelingsbestuur zeer op prijs gesteld. Ook de betrekkingen met Zuid-Afrika bleven dank zij de onvermoeibare activiteit van onze vertegenwoordiger, de heer Ploeger, voortdurend onder de aandacht. Ten gerieve van de Z. Afrikaanse leden heeft het bestuur de hr. Ploeger verzocht voortaan een jaarverslag te maken over de staat der afdeling ter opneming in het Jaarboek. Over andere voorstellen ter verlevendiging van het contact wordt nog overleg gepleegd. Het nieuwe bestuur dat na de jaarvergadering het beleid zal voortzetten zal ofschoon niet ingrijpend gewijzigd, stellig het hora est, dat voor de heer Kossmann geklonken heeft, ernstig betreuren. Had hij zich bij de aanvang van zijn zittingsperiode al dadelijk laten kennen als een bestuurslid, wiens bijdrage tot de discussie steeds hogelijk werd gewaardeerd, als voorzitter in de afgelopen twee jaren heeft hij getoond over gaven te beschikken, die hem bijna onmisbaar maken. Nu het nieuwe bestuur o.a. geplaatst zal worden voor de zware taak de herdenking van het 200-jarig bestaan van de Maatschappij voor te bereiden, waaraan trouwens al een eerste begin van uitvoering is gegeven door de instelling van een kleine studiecommissie, is het te hopen dat het in deze en andere aangelegenheden, waarbij hij zelf ook doorgaans persoonlijk betrokken is, mag blijven rekenen op de zeer gewaardeerde adviezen van de scheidende voorzitter. |
|