Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1962
(1962)– [tijdschrift] Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde [1901-2000]– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 195]
| |||||||||||||||||||||||||||||
Verslagen | |||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 197]
| |||||||||||||||||||||||||||||
Verslag van de jaarvergadering te Leiden 9 juli 1962De beschrijvingsbrief luidde:
Leiden, juni 1962
M.
Het Bestuur van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde nodigt U uit tot het bijwonen van de jaarvergadering op
maandag de 9de juli 1962 te Leiden in het Academiegebouw, Zaal XI, Rapenburg 73, Aanvang 10.30 uur
De orde der werkzaamheden is als volgt:
| |||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 198]
| |||||||||||||||||||||||||||||
1) Het bestuur stelt voor in art. 33/3 (‘Wanneer het verwerven van een boek, handschrift of verzameling een uitgave van meer dan ƒ 100.- vereist, moet de bibliothecaris vooraf de toestemming der Commissie voor de bibliotheek daartoe verkrijgen’) i.p.v. ‘ƒ 100.-’ te lezen: ‘10% van het voor de aankoop van boeken op de begroting uitgetrokken bedrag’.
Aanwezig waren 78 leden. Te 11 uur opent de voorzitter Dr. F.K.H. Kossmann de vergadering. Hij heet de aanwezigen, inz. de gasten van het bestuur Dr. G. Stuiveling en Mevr. E. van Lokhorst, voorzitter en secretaresse van de Vereniging van Letterkundigen en Dr. V.E. van Vriesland en Willem Brandt, voorzitter en secretaris van het P.E.N. Centrum voor Nederland en het Noorse lid, de heer Langvik Johannessen, welkom, betreurt de verhindering van Dr. Frings en deelt de vergadering alvast mede, dat in zijn plaats Mr. Dr. S.J. Fockema Andreae zal spreken over ‘Quatorze Juillet en Nederland’. Daarop herdenkt hij de 23 leden, die in het afgelopen verenigingsjaar zijn heengegaan, t.w. Achterberg, De Baere, Coolen, Coster, Dermoût-Ingerman, Derks, Van Dugteren, Endepols, Hennus, Kroes, Lucas, Moll, De Monchy, Noordeloos, Oudschans Dentz, Proost, Reuling, Ritter, Roëll, Sipma, Sizoo, Veth en Van Wijk. Na enkele ogenblikken van stille overdenking gaat de voorzitter over tot zijn rede getiteld ‘Divertimento over begin en einde van de historische belangstelling’ (zie blz. 3). Na deze aandachtig beluisterde rede herinnert de voorzitter aan het gebruik van de laatste jaren de verslagen ter visie te leggen. Aangezien vele leden hiertegen ernstige bezwaren bleven koesteren, heeft het bestuur dit jaar bij wijze van proef besloten de verslagen in de beschrijvingsbrief, als vóórdruk voor het Jaarboek, op te nemen. De vergadering betuigt hiermede haar instemming. De hr. Meertens merkt alleen op, dat hij voortaan gaarne zou zien, dat ook de voornamen vermeld zouden worden van de leden, die het bestuur in de loop van het jaar heeft benoemd. N.a.v. de opmerkingen in het verslag van de secretaris over de bemoeiingen van de Maatschappij op publicistisch gebied, herinnert de voorzitter aan de Cats-bundel ‘Aandacht voor Cats’, die zojuist is verschenen en waarop men kan intekenen. De verslagen van de secretaris, de bibliothecaris en die van de Takken, die onveranderd worden goedgekeurd, luidden als volgt: |
|