Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1960
(1960)– [tijdschrift] Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde [1901-2000]– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 149]
| |
Verslagen | |
[pagina 151]
| |
Verslag van de jaarvergadering te Leiden 13 juli 1960De beschrijvingsbrief luidde:
Leiden, juli 1960
M.
Het Bestuur van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde nodigt U uit tot het bijwonen van de jaarvergadering op
woensdag de 13de juli 1960 te Leiden in het Academiegebouw Zaal XI, Rapenburg 73. Aanvang 10.30 uur
De orde der werkzaamheden is als volgt: I. Opening van de vergadering door de voorzitter, de heer Dr. J.G. Bomhoff. II. Verslag van de staat der Maatschappij en van haar belangrijkste lotgevallen en handelingen gedurende het jaar 1959/1960. III. Verslag van de staat der Afdeling voor de drie Noordelijke Provinciën gedurende hetzelfde tijdsverloop. IV. Verslag van de staat der Afdeling voor de Zuid-Oostelijke Provinciën gedurende hetzelfde tijdsverloop. V. Verslag van de staat der bibliotheek gedurende hetzelfde tijdsverloop. VI. Verslag omtrent de rekening en verantwoording van de penningmeester. VII. Overzicht van de verslagen der vaste commissies. VIII. Bekendmaking van de uitslag der stemming over de te benoemen leden (zie bijlagen). Ieder gewoon lid is gerechtigd, zijn stem uit te brengen omtrent de vraag welke leden worden benoemd. Zij die van dat recht gebruik maken, zorgen dat het hun nevens de candidatenlijst toegezonden stembiljet, duidelijk ingevuld en met hun naam ondertekend, uiterlijk 24 uur voor de aanvang der jaarvergadering is ingekomen bij de secretaris op straffe van nietigheid van het betreffende stembiljet. Een in de voorafgaande maandvergadering te benoemen commissie van leden maakt de uitslag der stemming de avond te voren op, en deelt die aan de vergadering mede (art. 9 der Wet). IX. Stemming over de toekenning van de prijs van aanmoediging, genaamd Lucy B. en C.W. van der Hoogt-prijs, voor de periode 1959/60 (zie bijlage) X. Prijs der Kritiek (zie bijlagen). Noenmaal in Café-Restaurant ‘De Doelen’, Rapenburg 2 XI. Voordracht door Dr. G.A. van Poelje over:
PERSOONLIJKE ONPERSOONLIJKHEID (over het ambtelijke taalgebruik) XII. Vaststelling van de jaarlijkse bijdrage (art. 13 der Wet). Het bestuur stelt voor deze te handhaven op ƒ 12.50. | |
[pagina 152]
| |
XIII. Verkiezing van bestuursleden (art. 24 der Wet; zie het bijgevoegde stembiljet). XIV. Verkiezing van leden in vaste commissies (art. 53 der Wet; zie het bijgevoegde stembiljet). XV. Verkiezing van een voorzitter. XVI. Rondvraag.
Aanwezig waren 74 leden. Te 10.30 uur opent de voorzitter Dr. J.G. Bomhoff de vergadering met een woord van welkom, inz. tot de spreker van de middagbijeenkomst Dr. G.A. van Poelje en de gasten der Maatschappij, Dr. V.E. van Vriesland en Willem Brandt, voorzitter en secretaris van het Pen-Centrum voor Nederland en Mevr. H. van Lelyveld-Haasse en de hr. H. Fedder, bestuursleden van de Vereniging van Letterkundigen, die eerst in de namiddag zullen arriveren. Nadat de voorzitter de binnengekomen berichten van verhindering heeft voorgelezen herdenkt hij de 27 leden, die in het afgelopen verenigingsjaar zijn heengegaan, t.w. E.C.M.A. Batta, H.F. Bouchery, G. Brom, R. Despicht, A.A.G. van Erven Dorens, J.L.M. Franken, J.C. Geelkerken, H.E. van Gelder, A. van Gogh-Kaulbach, Sir H.J.C. Grierson, L.E. Harris, E.G. Jansen, M. Koenen, A. Kuypers, C. Laseur, A.M. Lindquist, H. Meijer, R. Mengelberg, L. Monteyne, J. Musch, N.W. Posthumus, H. van Prooye-Salomons, A. de Ridder, P.C. Sloots O.F.M., J.W. Verburgt (waaraan nog toegevoegd moest worden Anna Blaman, wier overlijden zo juist bekend was geworden) en de bibliothecaris van de Maatschappij A. Kessen, wiens heengaan een zwaar verlies betekent. Degenen, die van nabij zijn werkzaamheden ten behoeve van de Maatschappij hebben gevolgd, hebben zich voortdurend verwonderd over zijn toewijding en bekwaamheid. Nadat de vergadering enkele ogenblikken van stille overdenking van hun nagedachtenis heeft gewijd, gaat de voorzitter over tot zijn voordracht
Variaties over art. 1 der Wet (zie blz. 3).
Na deze met gespannen aandacht gevolgde rede vraagt en verkrijgt de voorzitter de toestemming der vergadering de verslagen van de secretaris, van de beide afdelingen en van de bibliothecaris (van de hand van Mej. Mr. A. van der Jagt, die daarvoor door de voorzitter namens de Maatschappij openlijk dank wordt gebracht) ter visie te leggen. Deze verslagen luidden als volgt: |
|