VI. Financieel verslag
Op 24 Mei 1955 hebben wij, ondergetekenden, mejuffrouw F.A. le Poole, lid, en Dr F.W.N. Hugenholtz, lid van het bestuur, daartoe aangezocht door het bestuur van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde te Leiden, een onderzoek ingesteld naar het beheer van de penningmeester der aan de Maatschappij behorende gelden over het jaar 1954, en hebben wij bevonden:
dat de in het kasboek in ontvangst en uitgaaf geboekte gelden door de nodige verantwoordingsstukken zijn gedekt;
dat het aan het einde van het jaar 1954 berekende saldo ad ƒ 8463.30 juist is, en overeenkomt met het saldo der rekening en verantwoording over het jaar 1954, welke verantwoording in het daartoe bestemde register is ingeschreven. Ook de verantwoording der gelden van het Van der Hoogt-Fonds, het Wijnaendts Francken-Fonds, het Vaste Fonds en het Fonds van eigen uitgaven der Maatschappij werden in orde bevonden. In verband hiermede geeft de commissie de ledenvergadering in overweging, de penningmeester décharge te verlenen van het door hem over het jaar 1954 gevoerde beheer.