J. Verdam en Dr. J. te Winkel in de Commissie voor Taal- en Letterkunde en HH. Dr. P.C. Molhuysen en Dr. L. Knappert in de Commissie voor Geschied- en Oudheidkunde. Allen hebben hunne benoeming aangenomen.
Op uitnoodiging van het Bestuur heeft de Heer Dr. G.J. Boekenoogen, lid der Bibliotheekscommissie, tijdens de ziekte en na het overlijden van den Heer Petit de goedheid gehad als waarnemend Bibliothecaris werkzaam te zijn. Hem werd daarvoor van harte dank betuigd, toen in de Maandvergadering van 4 Oct. de Heer Dr. R. van der Meulen Rz. benoemd werd tot Bibliothecaris, tijdelijk tot het einde van dit maatschappelijk jaar.
In de Maandvergadering van 8 Nov. werd besloten eene commissie die zich alreeds had gevormd tot onderzoek naar het boerenhuis in Nederland, onder het patronaat der Maatschappij te nemen, hetgeen voorloopig althans geene geldelijke gevolgen zou hebben. Slechts zou later wellicht eene niet groote som als subsidie kunnen worden gevraagd. In verband daarmede werd tot den Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen het verzoek gericht een bedrag van ƒ 1750 voor die Commissie alsnog op de Staatsbegrooting uit te trekken. Z. Exc. antwoordde hierop dat het verzoek te laat werd ontvangen voor de begrooting voor 1919, maar in ernstige overweging zou worden genomen voor de ontwerp-begrooting voor 1920.
Verder valt omtrent de Maandvergaderingen alleen nog te vermelden, dat die van 3 Jan. hulde en dank bracht aan onzen oud-Voorzitter den Heer Dr. J.F.M. Sterck, voor zijne vele en groote verdiensten voor onze letterkunde. Aanleiding daartoe werd gereedelijk gevonden in de hulde hem bewezen door de Universiteit van Amsterdam, die hem het eeredoctoraat in de Nederlandsche letteren verleende.
De alweer verhoogde en nog steeds stijgende drukloonen en het peperdure papier maakten de uitgaaf der gewone bundels nog moeielijker dan voorheen. Door groote inkrimping en bezuiniging en door samenvoeging der beide bundels tot één deel, is het gelukt de Handelingen, zij 't ook verkort, uit te geven met de toespraak ten vorige jare in de Jaarvergadering gehouden door den Voorzitter den Heer Dr. K. Sneyders de Vogel en met de voordracht aldaar gehouden door Pater B. Kruitwagen over de uitvinding der boekdrukkunst en hare eerste voortbrengselen. Daarbij konden 10 Levensberichten worden uitgegeven die in menigerlei opzicht van belang zijn. Den auteurs die aan de uitnoodiging van het Bestuur voldeden, komt onze hartelijke dank toe voor de bereidwilligheid waarmede zij hunne medewerking verleenden en hunne kopij ter uitgave afstonden.
Teneinde zoo veel mogelijk tegemoet te komen aan de bezwaren in Uwe vorige Vergadering door den Heer Dr. C.P. Burger Jr. geuit over de samenvoeging der beide bundels, liet het Bestuur afzonderlijke titelbladen met inhoudsopgaven drukken van elke