IV.
De rekening en verantwoording van den Penningmeester, waarin volgens het besluit van 't Bestuur van 27 februarij jl., als nu die van den Bibliothecaris mede opgenomen was, reeds in de voorbereidende vergadering ingevolge de wet door eene commissie nagezien en goedgekeurd zijnde, wordt ter tafel gebragt, ter inzage gelegd en levert de navolgende uitkomsten: Ontvang met inbegrip van 't saldo des vorigen jaars, ƒ 5168.745. Uitgaaf ƒ 4093.29. Batig slot ƒ 1075.455.