Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1858
(1858)– [tijdschrift] Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde [1801-1900]– AuteursrechtvrijVerslag van den staat der Boek- en Zegelverzameling in 1857-1858.Mijne Heeren!
Voor de zesde maal geroepen om verslag te geven van den Staat der Verzamelingen onzer Maatschappij strekt het mij tot genoegen alleszins gunstige berichten omtrent den toestand der boekerij te kunnen mededeelen. Het Tweede Bijvoegsel tot den Catalogus, in Julij des vorigen jaars aan de Leden rondgezonden, moet U de overtuiging hebben gegeven, dat de aanwinsten, van 1852 tot 1856 verkregen, even belangrijk als talrijk geweest zijn; en ook thans kan ik U verzekeren, dat eene volledige opgave van de werken, waarmede de Bibliotheek sedert de uitgave van dat Bijvoegsel is ver- | |
[pagina 32]
| |
rijkt, wederom eene aanzienlijke lijst zou uitmaken. Ongetwijfeld verlangt Gij niet, Mijne Heeren, dat ik U hier de titels van al de gekochte of geschonken werken opleze; de tijd van ons zamenzijn op dezen dag zou hiertoe te kort schieten, en U en mij niets dan nuttelooze verveling veroorzaken. Maar Gij vergunt mij, dat ik de eer hebbe U althans het voornaamste op te noemen en de namen der edelmoedige begunstigers onzer Bibliotheek te vermelden. Ik begin, volgens de eenmaal aangenomene orde met de opgave van de belangrijkste werken, die door de Maatschappij zijn aangekocht. In het vak van taal- en letterkunde: C.L.A. Letellier, Cours complet de langue universelle; (J.P. Perrin) Essai sur l'origine des langues; M. Wocher, Allgemeine Phonologie; L. Wienbarg, Das Geheimniss des Wortes; Pott, Die quinäre und vigesimale Zählmethode; Graff, Die schwache Declination; Weijermans, Nederlandsche Spraakkunst; D. Mostart, De Nederduytse Secretaris, 1635; H.A. Kelle, Mittelniederländische Gedichte; O. Böhtlingk, Der Accent im Sanskrit; Id. Die Unâdi-affixe; F. Graefe, Das Sanskrit Verbum; Wellmann, Das Gothische Adjectivum; Sparschuh, Keltische Untersuchungen; De Fonseca, Neugriechische Grammatik; Soulier, Dictionnaire des difficultés de la langue française; van Bemmel, De la langue et de la poésie provençale; Kunisch, Handbuch der deutschen Sprache und Litteratur; Hoeker, Deutscher Volksglaube; Buttmann, Die deutschen Ortsnamen; Jean Paul, | |
[pagina 33]
| |
Die deutschen Doppelwörter; Sturenberg, Ostfriesisches Wörterbuch; Stoddart, Glossology; Männel, Die angelsächsische Sprache das Fundament der englischen; Id. Geschichte der Entwickelung der englischen Sprache; Grein, Bibliothek der angelsächsischen Poësie, B. I; J. Grimm, Andreas und Elene; Guldberg, Norskt-Svenskt Handlexicon; Müller, Islandsk Lesebog; twee woordenboeken voor het Joodsch-duitsche dialect, enz. Van de werken betreffende geschiedenis, land- en plaatsbeschrijving noem ik in de eerste plaats de Nederlandsche Jaarboeken, 94 deelen; vervolgens de Levensbeschrijvingen van eenige voorname, meest Nederlandsche, mannen en vrouwen, 10 deelen; M. Stuart, Vaderlandsche Historie; Slichtenhorst, Geldersche Geschiedenissen; Smallegange, Cronijk van Zeeland; Dibbets, Het groot militair woordenboek; Wicquefort, Histoire des Provinces Unies; Cortgene, Utrechtsche Kronijk; J. van Leyden, Kronijk van Egmond; Hortensius, Historie van Utrecht; Hoche, Untersuchung über die Niederländischen Kolonien in Nord-Deutschland; Scheltema, De heksenprocessen; De gulde legende der Stadhouders; Boxhornii originum Gallicarum liber; Philips, Das Angelsächsische Recht; Id. Englische Rechtsgeschichte; Severinus, Beleg van Leiden; Boxhornii historia obsidionis Bredae; Napjus, Kronijk van Sneek; Knoop, Tegenwoordige staat van Friesland; (F.W.v.B. Smallenburg) Algemeen aardrijkskundig woordenboek van Friesland; van Bleys- | |
[pagina 34]
| |
wijck, Beschrijving van Delft; Hoogvliet, Beschrijving van Vlaardingen; J. van den Bosch, De Nederlandsche Bezittingen; De gereformeerde Landrechten van Zutphen; Handvesten van Enkhuizen; Keuren van Oudewater; Statuten en rechten van Westvriesland; Zeelands Cronijk Almanach, enz. Menigvuldig waren insgelijks de geschenken van buitenlandsche genootschappen. Zoo ontvingen wij uit België, van de Kon. Bibliotheek te Brussel, J.G.H. Woutersz, Proeve eener metrische vertaling van Aristophanes' comedie: de Wolken; van de Académie royale des sciences de Bulletins van 1857; van de Académie d'Archéologie Tome XIV, livr. 1-3 der Annales; van de Société d'Archéologie de Namur, Tome V livr. 1 et 2 harer Annales; haar Rapport sur la situation de la Societé, en Protocole des délibérations de la municipalité de Namur du 26 Janvier au 25 Mars 1793; van het Institut Liégeois Tome III, livr. 1 van hare Bulletins en het Annuaire voor 1858. - Uit Frankrijk, van de Société de l'histoire du Protestantisme françois haar Bulletin, Année V No. 9-12, VI, No. 1-10; van de Societé de la morale chrétienne haar Journal, Tome VII, No. 3-5, T. VIII, No. 1 et 2; van de Société Dunkerquoise het Programme des sujets proposés pour le concours de 1858 et 1859, en het Discours prononcé par M. Cousin dans la séance solennelle de 1857; van de Société des Antiquaires de Picardie haar Bulletin, Ann. 1857, No. 3 et 4, Ann. 1858, No. 1; van de Société des Antiquaires de la Morinie, livr. 19-25 van hare Bul- | |
[pagina 35]
| |
letins. - Uit Duitschland, van de Kaiserl. Akademie der Wissenschaften de Sitzungsberichte, B. XX. H. 2 und 3, B. XXI. H. 1 und 2. B. XXII, H. 1 und 2; van het Museum Francisco-Carolinum de 5te en 7te Lief. der Berichte; van het Ferdinandeum für Tirol und Vorarlberg Heft 5-7 van het Zeitschrift en het 27ste Jahresbericht; van het Hennebergische Verein het IIIte Theil van het Urkundenbuch, en het Denkschrift für 25jäharige Amtsjubelfeier des H. Directors Bechstein; van het Verein für Steiermark, Mittheilungen, Heft 6 und 7, en Bericht über die Allgemeine Versammlung in April 1857; van het Verein für Siebenbürgische Landeskunde Archiv, B. II. H. 2 en 3, B. III, H. 1, het Jahresbericht für 1854-56; Die Fauna Siebenbürgens en het Statutargesetzbuch; van het Verein für Nassauische Alterthumskunde Denkmäler aus Nassau, H. 2, en Bär, Geschichte der Abtei Eberbach; van het Verein für Rheinische Geschichte zu Mainz het Bericht über die Wirksamkeit des Vereins in der General-Versammlung am 9ten Mai 1855 en Mittheilungen voor 1858; van het Verein für Thüringische Geschichte, Michelsen, Die ältesten Wappenschilde der Grafen von Thüringen; van het Verein für Inneres-Oesterreich het 1ste Heft zijner Schriften; van het Verein für Wirtembergisches Franken Zeitschrift, B. III. H. 3; van het Verein für Geschichte und Alterthumskunde Westfalens Zeitschrift, B. VII; van het Verein für Kunst und Alterthumskunde in Ulm Verhandlungen, H. XI; van het Verein für | |
[pagina 36]
| |
Niedersachsen, het Archiv Jahrg. 1845-49 en XXster Jahresbericht für 1857; van de Gesellschaft für nützliche Forschungen zu Trier het Jahresbericht für 1856; van de Gesellschaft für Pommersche Geschichte Baltische Studiën Jahrg. XVI, H. 2; van de Mährisch-Schlesische Gesellschaft zur Beförderung des Ackerbaues de Mittheilungen für 1857; van het Verein für Vaterländische Alterthumskunde in Basel Mittheilungen, H. VII; van het Verein für Mittelfranken het 25ste Jahresbericht; van het Verein für Unterfranken und Aschaffenburg, Archiv B. XIV, H. 2; van het Thüringisch-Sächsische Verein, Mittheilungen, B. I-IX; van het Bestuur des Germanischen National-Museums den Anzeiger für Kunde der deutschen Vorzeit; van het Verein für Ober-Pfalz und Regensburg, B. XVII der Verhandlungen. - Uit Zweden van het Ministerie van Eeredienst en Openbaar Onderwijs een exemplaar van zijne uitgave van den Codex Argenteus. - Uit Rusland van de Esthnische Gesellschaft zu Dorpat, B. IV, H. 1 harer Verhandlungen. De buitenlandsche letterkundigen, deels leden onzer Maatschappij, die door het schenken van boekwerken hunne belangstelling lieten blijken, zijn de Heeren: R. Chalon, die ons zeven stukken zond, de meeste van numismatischen inhoud, U. Capitaine (3), E. de Coussemaker (3), A. Bergman (1), Jhr. P. Blommaert (2), L. Cousin (1), P. van Duyse (1), Le Grand de Reulandt (1), Dr. C.L. Grotefend (2), T. Juste (1), Dr. E. Niemeyer (1), Dr. J. Moppey (1), Dr. Mooyer | |
[pagina 37]
| |
(1), Dr. A. Rein (1), E. Rosseels (1), J. Scheiger (3), F.A. Snellaert (1), Dr. A. Glaser eenige afdrukken van zijn vertoog over J. van den Vondel, en Prof. J. de Jonghe, Aflev. 1 en 2 van zijn Maendschrift: Waerheid en Licht. Ook de Vaderlandsche Zustergenootschappen en andere Collegiën hebben ons hunne gewone jaarlijksche geschenken doen geworden. De Kon. Academie van Wetenschappen zond het 2de en 3de stuk van het VIde deel en het 1ste en 2de stuk van het VIIde deel der Verslagen en Mededeelingen van de Natuurkundige Afdeeling, en het 3de en 4de stuk van Deel II en 1ste en 2de stuk van Deel III der Verslagen en Mededeelingen van de Letterkundige Afdeeling; vervolgens de Adviezen der Heeren Janssen, Moll, de Vries en de Wal, betreffende een bundel met 4 middeleeuwsche handschriften (zie hierachter bl. 39 onderaan), het Programma certaminis poëtici en het bekroonde latijnsche gedicht van J. van Leeuwen; de Hollandsche Maatschappij van Fraaije Kunsten en Wetenschappen haar Programma voor 1857; het Historisch Genootschap te Utrecht Deel VI, Stuk 1 der Berigten, Deel II, der 3de Serie van de Kronijk; het Provinc. Utrechtsch Genootschap het Verslag van het verhandelde op de Algemeene Vergadering van 30 Junij 1857 en de Nieuwe Prijsvragen; het Zeeuwsch Genootschap zijn Programma; het Provinciaal Genootschap van Kunsten en Wetenschappen in Noord-Brabant, de Handelingen over 1850 en 1856 en de Charters en geschiedk. bescheiden betrekkelijk het Land van | |
[pagina 38]
| |
Ravestein, D. II, Stuk III; de Overijsselsche Vereeniging tot bevordering van provinciale Welvaart haar Algemeen jaarlijksch Verslag; het Bataviaasch Genootschap van Kunsten en Wetenschappen D. IV en V van zijn Tijdschrift; de Curatoren der Leidsche Hoogeschool de Annales Academici van 1853 en 54; de Commissie voor de internationale ruiling haar Rapport en 5 boekwerken; het Ministerie van Binnenlandsche Zaken het XIIde deel der Publications de la Société pour la recherche et la conservation des monuments historiques dans le Grand-Duché de Luxembourg; het Ministerie van Marine den Catalogus der bibliotheek van het Ministerie; de Regering der Stad Amsterdam het 2de en 3de gedeelte van den Catalogus der Stadsbibliotheek; het Departement der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen te Batavia het Reglement van de Spaarbank, de Wetten en Prijsvragen der Maatschappij; de Regering der stad Arnhem 10 doubletten uit de Stadsbibliotheek; de Burgemeester en Wethouders der stad Leiden, hun Verslag aan den Gemeenteraad; de Heer Rector van het stedelijk Gymnasium het Negentiende verslag aangaande den staat van het Gymnasium. Wederom hebben ook eenige inlandsche letterkundigen, wien de eer van het lidmaatschap nog niet is te beurt gevallen, bewijzen gegeven van hunne belangstelling in onze Maatschappij door het schenken van eenige door hen uitgegeven werken. Dr. J.M. Schrant schonk aan de Bibliotheek de zes eerste jaargangen van het Nederlandsch Weekblad voor Geneeskun- | |
[pagina 39]
| |
digen; T. Pan zijne Aanteekeningen op het Zeemans woordeboek; Jhr. Mr. D.M.M. d'Hangest Baron d'Yvoy, Frankrijks invloed op de buitenlandsche aangelegenheden der voormalige Nederlandsche republiek; Mr. D.A. Graaf van Limburg Stirum zijne Acad. proeve over de meerderjarigheid van den vermoedelijken erfgenaam der kroon; Mr. H.D. Levyssohn Norman zijn proefschrift De Britsche heerschappij over Java; Mr. H. Rochussen zijne Dissertatio de occupatione bellica bonorum privatorum in bello maritimo; Dr. D. Koorders zijn Specimen de pugna theologiam inter atque anthropologiam in ecclesiae Christianae doctrina; Mvr. de Wed. la Lau een exemplaar van de Leidsche Courant van 1857; de Heer Kruseman te Haarlem (zelf lid) een exemplaar op best papier van zijne uitgave van Bilderdijks Dichterlijke Werken, en de Heer P. van Zweeden, Boekhandelaar te Groningen, vier door hem uitgegeven werken van wijlen het medelid Ds. T. van Duynen. Aanzienlijk zijn ook de geschenken, met welke sommige onzer medeleden den boekenschat der Maatschappij hebben verrijkt. Mr. L.A.J.W. Baron Sloet schonk, behalve drie werken van hem zelven, eenen band met handschriften, bevattende: eene hoogduitsche vertaling van het Speculum humanae Salvationis; der Renner; eene hoogduitsche vertaling der Aurea Bulla en der Richtsteig, brokstuk van het Landrecht van Keizer Lodewijk; Prof. J. Hoffmann zijne uitgave van Mr. J.H. Donker Curtius, Proeve eener Japansche Spraakkunst en het M.S. van den Heer Donker Cur- | |
[pagina 40]
| |
tius zelf; Prof. H.W. Tydeman, behalve 11 gedrukte werken, eenen bundel met geschrevene taalkundige aanmerkingen van Z.H. Alewijn, A. Kluit en M. Tydeman; Prof. de Wal 133 boeken van verschillenden inhoud; Mr. Bodel Nijenhuis 13, waaronder het tijdschrift de Vereeniging, Christelijke Stemmen; Ds. Chantepie de la Saussaye het tijdschrift Ernst en Vrede; Dr. Wap de Astrea; Prof. M. de Vries den derden jaargang der Dietsche Warande en 7 andere werken, deels van hem zelven, deels van andere schrijvers; de Heer K.J.R. van Harderwijk het vervolg van zijn Biographisch Woordenboek. Voorts hebben een aantal leden een exemplaar geschonken van geschriften, in den loop van dit jaar of vroeger door hen uitgegeven, namelijk de Heeren: Prof. C.J. van Assen (3), Prof. A. Beeloo (1), D.J. den Beer Poortugael (1), Mr. J.H. Beucker Andreae (1), Mr. L.Ph.C. van den Bergh (1), S.J. van den Bergh (2), Mr. C.H. Boot (1), Prof. J. Bosscha (1), A. Clavareau (3), J.J. Cremer (1), P. Cuypers (1), S.J. van Deventer (1), Mr. G. Diephuis (1), Mr. J. Dirks (5), F.A. Ebbinghe Wubben (3), Mr. U.A. Evertsz (2), Dr. C.A. Engelbregt (1), Jhr. W.I.C. Rammelman Elsevier (1), Mr. H.O. Feith (4), Mr. J.L.G. Gregory (1), S.A.J. de Ruever Groneman (2), K.J.R. van Harderwijk (5), W.J. Hofdijk (2), J.G. de Hoop Scheffer (1), Mr. J. Heemskerk Az. (1), Dr. C.R. Hermans (5), Dr. A. Hirschig (7), Dr. A.A. van Heusden (2), Ds. F.H.G. van Iterson (1), Dr. L.J.F. Janssen (3), Prof. | |
[pagina 41]
| |
T.W.J. Juinboll (1), Mr. W.H. Cost Jordens (1), Mr. H.J. Koenen (2), Prof. N.C. Kist (3), Ds. P. Leendertsz Wz. (5), Ds. A.L. Lesturgeon (1), Mr. S.P. Lipman (1), J.F.G. Meyer (1), Prof. H.C. Millies (5), Jhr. J.G.W. Merkus van Gendt (1), F. Muller (3), Prof. W. Moll (1), J.J. Nieuwenhuyzen (1), P. Nijhoff (1), Ds. H.M.C. van Oosterzee (4), Ds. I. Prins (4), Prof. A. Rutgers (2), Jhr. Mr. H. Baerdt van Sminia (3), Ds. J.H. Sonstral (1), Jhr. C.A. van Sypesteyn (1), A.D. Schinkel (1), D.G.D.J. Schotel (6), Ds. J. Steenmeyer (1), Dr. E.B. Swalue (10), Mr. H.P.J. Tollens (1), Mr. A. Telting (1), J.A. Alberdingk Thijm (2), Dr. E. Verwijs (1), Mr. J. de Vries (1), Prof. J. van Vloten (1), Mr. S. de Wind (1), T. van Westrheene Wz. (10), C.G. Withuys (1) en Dr. L.A. te Winkel (1). Voorts zijn van Mr. W.P. Smits ontvangen 7 geschriften, uitgegeven door wijlen zijnen vader den Heer J. Smits Jsz. Ook hebben eenige leden door het afzonderen van boekwerken van andere schrijvers uit hunne eigene verzamelingen onze bibliotheek goedgunstig bedacht. Zij zijn de Heeren: Prof. C.J. van Assen, die 1; Mr. L.Ph.C. van den Bergh, die 3; Dr. J.T. Bergman, die 1; K.J.R. van Harderwijk, die 3; Dr. L.J.F. Janssen, die 1; Mr. H.R. de Breuk, die 2; Dr. R.C. Bakhuizen van den Brink, die 1; J.A. Susanna, die 2; Ds. A.L. Lesturgeon, die 1; Prof. J. van Vloten, die 4; en Dr. L.A. te Winkel, die 1 ten geschenke afstond; wijders zijn van een of meer onbe- | |
[pagina 42]
| |
kende leden 29 boeken van verschillenden inhoud ten geschenke ontvangen. Uit het vermelde zal men moeten besluiten, dat de vermeerdering van den boekenschat ook dit jaar aanzienlijk mag heeten: de aangekochte boeken toch, de vervolgen van werken, waarop is ingeteekend niet medegerekend, maken ruim 170 nummers uit, terwijl de geschenken omtrent 450 nummers bedragen. De zegelverzameling, die uit den aard der zaak minder belangstelling verwekt, is vermeerderd door een geschenk van den Heer Majoor W.L. De Sturler, bestaande in het naamzegel van Pangaran (Prins) Ario Prawiro Diningrat, Regent van Kendal (Residentie Samarang), bevattende binnen het bovenstaande randschrift eene Javaansche inscriptie. Den edelmoedigen schenkers worde hier opentlijk de dank der Maatschappij toegebracht, en de beide Verzamelingen blijven aan hunne welwillende belangstelling aanbevolen. Nog een aangename plicht blijft mij te vervullen overig. Toen ik laatstleden herfst ten gevolge van een ongelukkig toeval gedurende ruim twee maanden mijne kamer niet kon verlaten, heeft de Heer Bodel Nijenhuis andermaal met de meeste bereidvaardigheid mijne werkzaamheden van de Bibliotheek waargenomen en mij zoodoende op nieuw aan zich verplicht. Vergunt mij, Mijne Heeren, dat ik ZEd. ook hier en opentlijk mijnen dank betuige voor de gewichtige diensten daardoor aan de Maatschappij en aan mij in het bijzonder bewezen, en er den wensch bijvoege, dat ZEd. voor onge- | |
[pagina 43]
| |
lukken als het mijne steeds moge bewaard blijven, en nog vele jaren den lust en de krachten behoude om ten nutte der Maatschappij werkzaam te zijn.
Leiden, Junij 1858.
De Bibliothecaris, L.A. te Winkel. |
|