[Brief door Jan de Kruijff]
MIJN HEER!
Door een zamenloop van beletzelen werd de verzending der Handelingen van de laatstgehoudene Jaarlijksche Vergadering der Maatschappije vertraagd; eindelijk komen dezelven tot U, geleid door dezen brief, by welken ik U nodig tot de Jaarlijksche Vergadering, welke dit Jaar zal gehouden worden op Dingsdag den 23sten Augustus, des morgens ten negen Uure in de gewoone Vergaderkamer op de Oude Vest.
Dezelvde redenen, welke in den voorleden Jaare de Maandelijksche Vergadering deeden besluiten, geene nieuwe Prijsvragen voortstellen, maar het Programma des voorigen Jaars bij vernieuwing in zijn geheel overteneemen, hebben haar ook nu bewogen, eene soortgelijke schikking te volgen, en wordt derhalven, in plaatze der gewoone punten van overweging, rakende de Prijsvragen, als nu voorgedragen het nevensgaande Programma voor dezen Jaare vasttestellen, terwijl voorts, in gevolge hier van, de eindelijke opgave der vrage in 1794 ontworpen, namelijk:
Waar in bestaat het onderscheidend verschil tusschen den aart der hedendaagsche Europische Welsprekendheid, en dien der oude Grieksche en, Romeinsche? en van waar ontstaat dit verschil?
onder inwagtinge van de bedenkingen der Gecommitteerden, tot den volgenden Jaare verschoven blijvt.
De punten van overweging derhalven, op welke Gij verzogt word ter aanstaande Jaarlijksche Vergaderinge de nodige besluiten te helpen maaken, zijn alleen bepaald tot de volgenden.