Marcel van de Velde
België bedreigd
De Nederlander gaat prat op zijn kosmopolitische neigingen: hij kijkt 't liefst vèr in de wereld - naar Zuid-Amerika, of Indië, China en Japan. Daardoor merkt hij maar matig op wat zich bij zijn deur afspeelt. Het is oogenschijnlijk minder belangrijk. Zijn politieke aandacht vertoeft bij de groote mogendheden - daar is hij gaarne mêe bevriend. België is een natie waar hij liefst niet aan denkt. Tegenover dezen staat is de methode van den struisvogel hem bijzonder welkom. Er zijn daar ook lastige dingen, waar men zich niet mee kan inlaten, zonder zijn fatsoen in gevaar te brengen. Vlaamsche letteren? Dat is wel aardig. De Hollander houdt wel van zoo nu en dan eens een sappig boek. Daarbij - er is zooiets als een letterkundige mode en daar kun je je niet heelemaal aan onttrekken. Maar met binnenlandsche aangelegenheden van een nabuur-staat kan men zich bezwaarlijk inlaten: dat is onbescheiden en de Nederlander is een zuinig en bescheiden politicus met een strak gezicht en een droge kuch.
De Vlaamsche Quaestie? Pas op! Aan koud water kan men zich branden. Hollanders zijn - naar het woord van Dr. Easton - ‘minder expansieve Nederlanders dan Vlamingen’. Als Nederlander wil men tegenover België vooral niet annexionistisch lijken. Holland rooft wel, maar liefst veraf, bij de wilden in den Oost - ook dàt is kosmopolitisch, hyper-internationaal. Vooral sedert den laatsten oorlog is 't voor Nederland ondoenlijk geworden om zich met Zuid-Nederlandsche zaken bezig te houden. Dat komt door die activisten. ‘Die geeft men geen hand’, zei ‘De Telegraaf’. Daarvoor respecteert een rechtgeaard Hollander zich te zeer. Wat die activisten willen, weet de Hollander niet. Het interesseert hem ook maar zwak; het is eenigszins beneden zijn wereldaandacht.
Maar in België, het centralistisch geregeerd complex van twee volstrekt vreemde landen, moet men des te meer aandacht besteden aan de voortdurende onrust die overal in het land aanwezig is en telkens weer in nieuwe vormen opduikt. En welken naam of men 't nu gelieft te geven: Frontpartij, Oudstrijders, Nationalisten - 't is alles koekoek een zang - in meerdere of in mindere mate bedreigt men de Belgische constitutie, ieder op diè plek, die hij meent de zwakste zijde te zijn. Door de schermutselingen om het Nederlandsch-Belgisch verdrag zijn de Nationalisten wel 't duidelijkst gaan spreken. In dat kamp wêerklinken de meest extremistische stemmen, die België geheel verloochenen en van geene concessies meer hooren willen. Maar dit is nog maar een beperkte groep. De Vlaamsche massa gelooft nog in het desvoorkomend doorvoeren van een bestuurs-scheiding, waardoor België geregeerd zou worden door een Federatief Bestuur met twee streng-gescheiden Parlementen. Er is een duister instinct van algemeen verzet wakker-geworden. Bij velen nog onhelder, maar bitter, fanatiek. En 't is onmogelijk, dat deze stemming niet in een toekomstige conjunctuur tot een plotselinge sociaal-revolutionnaire daad zou komen. Want juist, wat menig Vlaamsch leider officieel tegenspreekt, juist dàt wordt meer en meer werkelijkheid: de revolutionneering van den Vlaamschen strijd. Het activisme gedurende den oorlog is slechts een oefening geweest van de Vlamen, om te zien hoe zij de voogden konden overbodig maken. En datzelfde activisme is voor altijd gezaaid in de harten van alle Vlamingen. Bij ieder heeft 't wortel geschoten, of men er verstandelijk afkeurend of waardeerend tegenover staat. Het antimilitarisme, dat na den oorlog in Vlaanderen ontstond, heeft niet nagelaten de bevolking bewust te maken van de grootere nieuwe gevaren die 't bedreigen.
De overal zichtbare toebereidselen voor den volgenden oorlog, het geheime verdrag met Frankrijk, het aanhoudende ageeren van de ballingen, waar ze ook zijn, is oorzaak, dat 't activisme waarover men na 1918 zoo goed als zweeg, wêer vorm gaat krijgen en openlijk op 't Vlaamsch-nationalistisch terrein verschijnt. De Derde Internationale heeft niet nagelaten ook in Vlaanderen haar stem te laten hooren en plotseling is tot een noemenswaardig aantal zonen en dochters van 't Vlaamsche land 't bewustzijn doorgedrongen, dat de historie van heden ieder oogenblik wel een omstandigheid kan scheppen, waarin de omverwerping van het gezag te Brussel mogelijk wordt.