G. Rietveld
Nut, constructie: (schoonheid: kunst)
Einige Künstler wollen die Kunst abschaffen, weil die Kunst nicht immer ökonomisch ist, dagegen ökonomische Dinge wohl schön sind. Ökonomische Dinge sind schön wegen ihrer Zweckmässigkeit. Das Ziel der Kunst ist das Wesen der Dinge zu offenbaren; der Begriff angewandte Kunst ist deshalb sinnlos.
?
Certains artistes veulent abolir l'art pour le motif que ses expressions ne peuvent toujours se justifier économiquement, mais que par contre des choses économiques sont belles. Les choses économiques sont belles dans leur utilité. Le but de l'art est de rendre évidente la raison des choses; par là même, la notion de l'art appliqué est une utopie.
?
Some artists wish to abandon art because art expressions are not always economical to justify, on the contrary economical things are fine. Economical things are fine in their suitableness. The butt of art is to make the nature of things visible, the conception applied art is therefore without meaning.
Om iets te maken, is het m.i. volstrekt niet noodig, eerst een verklaring of verantwoording te kunnen geven waarom het juist zóó moet zijn; integendeel is de behoefte aan uiting in een vorm gedeeltelijk opgeheven, als men het al in woorden heeft kunnen zeggen. Zelden zal men de werkwijze toetsen aan de uiteenzetting al is die nog zoo klaar.
Velen zijn bezig vast te stellen, welke weg de bouwkunst inslaat.
Sommige kunstenaars willen de kunst afschaffen - zij willen alleen zuiver economische constructie, maar tegelijk streven zij naar bepaalde verschijningsvormen. Vooral de rechte lijn en de rechte hoek zijn bij hen het kenmerk van het ware universeele; de scherpe hoek is willekeurig, dus individueel.
De speciale voorliefde voor producten der techniek: spoorbruggen (de grootste), locomotieven (de snelste), vliegmachines en auto's (de laatste) en voor de meest samengestelde mechanische voortbrengselen, is zoo groot, dat zij het ideale woonhuis, de woonmachine noemen.
Eenige aanhalingen uit artikelen van Oud, Mondriaan en van Doesburg, waarin zoowel op het nut, als op de uiterlijke verschijning der bouwkunst wordt gewezen:
Oud zegt in 't laatste gedeelte van ‘Richtlijn’ i 10 I: ‘Richtlijn zal in deze rubriek zijn: te wijzen op alle serieuze pogingen van beeldenden aard, welke de menschelijke vitaliteit, ongehinderd door verkeerd begrepen traditie, tot uiting brengen, erkennende daarmede onvoorwaardelijk en onder elken vorm (machinalisme, film, reclame enz., om eenige der heden meest gewraakte voorbeelden te noemen) het eerst-geboorterecht van de natuurlijke levensdrift, die fundament van het menschelijk zelfbehoud, dus grondslag voor cultuur is.’
Mondriaan zegt in 't zelfde nummer van i 10: ‘Neo-plasticisme (de woning, de straat, de stad)’: ‘Wil onze materieele omgeving van een zuivere schoonheid zijn, dus gezond en waarlijk rechtstreeks aan het nut voldoen, dan is het noodzakelijk, dat zij zuiver beeldend is’ - ‘de rechthoekige stand is de essentieele questie’ - ‘niet aanpassen maar scheppen’ - ‘met een beetje goeden wil zal het niet zoo onmogelijk zijn een aardsch paradijs te scheppen’. - ‘De neo-plastiker is meer op z'n plaats in de “metro” dan in de Notre-Dame.’
Van Doesburg zegt in ‘Bouwbedrijf’ 4e jaargang, no. 2: ‘De rijke afwisseling van het flonkerend stadsgewoel stemt hem (dit is volgens v.D.: de Moderne dansende mensch met moderne zenuwen) rustiger dan het strakke uitspansel. Zijn optisch-esthetische behoeften worden meer bevredigd door het hoekige stadsbeeld, dan door de pitoreske en grillige vormen der natuur’ - ‘de rechte lijn te stellen tegenover de grillige en kromme der slakken en der ezels, kortom der natuur.’
‘De rechte lijn is voor de moderne architectuur beslissend, uitgezonderd natuurlijk in gevallen waarin de functie het andere eischt’ - ‘Wij beleven de rechte lijn sterker dan ooit - zij is eigen aan dezen tijd’ en verder: ‘architectuur is een levensfactor, die het gebruik dient’ - ‘elasticiteit’ - ‘geen eigen accenten om eigen atmosfeer van den bewoner