Hymni, ofte Loff-sangen op de Christelijcke feest-dagen(1967)–Anoniem Hymni, ofte Loff-sangen op de Christelijcke feest-dagen– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [Folio 51v] [fol. 51v] Den lv. Loff-sangh, Van-den Oudt-Vader Ambrosius gestelt, beginnende in't Latijn, Christe qui Lux es & Dies. Op nieuws over-geset op beteren Rijm, dan't voor desen is geweest. 1 O CHRISTE die zijt Licht en Dagh, Voor wien men niet verbergen magh, Die 'tLicht van 'tLicht geloovet wordt, V heylsaam Licht doch in ons stort. 2 VVy bidden u o Heyl'ge HEER. Neemt desen Nacht tot ons u keer, Ons voor on-ruste rust behoedt, Na 'sLicchaams eysch ons slaven doet. 3 Bewaert ons voor de Droomen quaadt, En 'sDVYVELS schadelijcken Raadt, Daar door wy souden schuldigh sijn, Voor u aan d'eeuwig' Helsche pyn. 4 Als Vaack heeft d'Oogen toe-gedaan, Laat 'tHert u al-tijd open staan, Bevrijdt met uwe Rechter-handt V Dienaren voor leedt en schandt. [Folio 52r] [fol. 52r] 5 Beschermer van-de Christenheydt Dijn Troost altijd ons sy bereydt, Regeert ons dien ghy door u Bloedt Gecost hebt uyt de Helsche Gloedt. 6 O HEERE ons u hulpe biedt, Ons' Licchaam wilt vergeten niet, Ghy die der Zielen Heylandt sijt, Blijft by ons nu en t'aller tijdt. 7 GODT VADER sy Loff, Eer, en Prijs; Daar toe oock zijnen Sone wijs: Des Heyl'gen Geests Loff sy verbreydt Van nu tot in-der eeuwigheydt. Vorige Volgende