Weder eerlijk maken.
Onze gravure op bladz. 233 doet ons de wijze zien, waarop vroeger in Duitschland de gedegradeerde soldaten in hun eer hersteld werden. Al is de voorstelling vrij duidelijk, toch is nog een kleine opheldering noodig.
De ‘oneerlijke’ werd te voorschijn gebracht, moest zijn hoed in den mond nemen en op handen en voeten achterwaarts in den kring der kameraden tot aan het vaandel kruipen. Onder dit kruipen moest hij den aanwezigen driemaal om Gods wil smeeken, hem weer als kameraad aan te nemen.
Nadat de manschappen deze beden met een luid ‘ja’ beantwoord hadden en de vergiffenis door een officier was uitgesproken, wierp de schuldige zijn hoed over zijn rug achter de rijen zijner kameraden, kreeg van den vaandrig met den vaandelstok een vrij harden slag op het hoofd, om zich het gebeurde beter te herinneren, en werd dan driemaal voor eerlijk verklaard. Terwijl dit gebeurde, presenteerde de troep het geweer. De ‘eerlijk gemaakte’ beloofde beterschap, kreeg een nieuwen hoed, een geweer, en werd weer bij zijn troep ingedeeld.