De bloedregen in Italië.
Den tienden Maart is in Sicilië, evenals in sommige deelen van Zuid-Italië, Midden-Italië en het gebied der Alpen, de zeldzame verschijning van den zoogenaamden bloedregen voorgekomen en heeft der onwetende en bijgeloovige bevolking dier streken angst en schrik aangejaagd.
In Palermo had het het volgende verloop.
In den nacht van 9 op 10 Maart sloeg het weer plotseling om en was het zoo warm en drukkend als in Juli. Om 8 uur 's morgens werd de hemel eerst met dikke gele, daarna met roodachtige en ten laatste zelfs met donkerroode wolken bedekt, waardoor de stad als in een oranjekleurig licht gehuld werd.
's Middags begon er, gepaard met hevigen storm, regen te vallen, waarvan de druppels er als geronnen bloed uitzagen en na het verdampen een roodachtig zand achterlieten
Groote angst greep de bevolking aan, die niet anders meende of de wereld zou vergaan.
Volgens een ooggetuige hadden er vreeselijke tooneelen plaats voor de kerk van het plaatsje Gibellina aan de spoorlijn van Palermo-Trapani.
De angstige inwoners gedroegen zich als waanzinnigen; huilend, jammerend en biddend bestormden zij de kerken, en nauwelijks kon het den geestelijken gelukken ze eenigermate tot kalmte te brengen. Dit gebeurde eerst toen de bloedregen ophield.
Het is buiten twijfel, dat het ontstaan van dit natuurverschijnsel toe te schrijven is aan het stuiven van het zand uit de woestijn van Sahara, dat op ongewone wijze door den gevreesden woestijnwind van Samun of Chamsin wordt opgevoerd, en ten gevolge van de op den 9den en 10den Maart heerschende metereologische toestanden door den storm naar het Noorden gevoerd werd.
De sporen van dit woestijnstof en van dezen stofregen (want dit is het werkelijk) vertoonden zich van Sicilië uit door geheel Italië, het Oostenrijksche Alpengebied, Frankrijk en een deel van Noord-Duitschland, tot aan Mecklenburg toe. In Zuid-Italië regende het ‘bloed’, in de Alpen viel geel gekleurde sneeuw, in Posen en Pommeren geelachtige stofregen.
Uit welk gebied van de Sahara het stof komt, is niet gemakkelijk na te gaan, daar er ten Zuiden van Tunis geen observatoria van het weer meer te vinden zijn; het waarschijnlijkst is het evenwel dat Soudan het ons toezendt.
In de Alpen heeft zich de bloedregen ten gevolge der koude in ‘bloedsneeuw’ veranderd. Zoo viel in Veldes, in Krain, in Valsugana bij Triënt, in het Pusterthal en in andere plaatsen van het Oostenrijksche Alpengebied roode sneeuw, en in Stadl aan de Murthalbaan in den nacht op den elfden Maart zelfs hagel van opvallend bruine kleur.