maken voor den mensch, den diep beklagenswaardigen, onder het leed en de smart van een geheele wereld ter aarde neergeworpen mensch. Hier lijdt Hij verlaten van God en de menschen, alleen, en hartverscheurend klinkt zijn stem: ‘Vader! als het mogelijk is, laat dien kelk van Mij gaan!’
En wij lijden met Hem, voor onzen geest stijgt de herinnering op aan oogenblikken van radeloosheid en wanhoop, toen ook alles duister werd om ons heen, toen wij twijfelden aan Gods goedheid en almacht, toen alle hoop verdween, het geloof ons niet meer staande hield en de liefde ons scheen te verlaten, toen wij ook smeekten om den bitteren kelk voorbij te laten gaan van onze naar zoetheid en verkwikking dorstende lippen en het scheen of wij nooit meer in berusting die andere bede zouden kunnen herhalen, die Hij stamelend ten hemel richt: ‘Heer, niet Mijn wil, maar de Uwe geschiede!’
Na de gevangenneming, als Christus na
maria. (anna flunger.)
den wreeden zielestrijd kalmte en waardigheid heeft teruggevonden, is de eerste afdeeling geeindigd en aan de meer dan 6000 bezoekers wordt de zoo hoog noodige rust en verpoozing gegund.
't Was tijd ook, de laatste tooneelen hebben ons te sterk aangegrepen; de eerste zorg is nu de hongerige maag te stillen, want dat deze voor haar rechten opkomt is waarlijk geen wonder; van zeven uur is men in het feestlokaal geweest zonder eenige verkwikking of versterking, en de pittige berglucht geeft etenstrek. Er is gelegenheid genoeg om zich te voorzien; van het deftige Withlsbacher Hof tot aan de meer bescheiden restauratiën, overal is men er op ingericht aan alle eischen te voldoen. Met nieuwen moed en opgewekten zin gaat men terug naar het tooneel en volgt nu de volgende tafereelen met steeds meer gespannen aandacht; nu blijft men van één uur tot zes uur onder het gehoor, en toch de aandacht verflauwt geen oogenblik, meer en meer komt men onder den indruk van het spel, dat geen spel meer schijnt.
De aangrijpende voorstellingen volgen elkander op; de geeseling, de kroning, de kruisdraging, eindelijk de kruisiging.
Hier geen voorafbeelding meer, het gezang van het koor wordt steeds droeviger, nu verschijnen de Beschermgeesten (Schutzgeister) niet meer in kleurige gewaden, maar in sombere rouwmantels met floers om het goud hunner diademen; weeklagend roepen zij het menschdom op om getuigen te zijn van het vreeselijkste tooneel, dat de aarde ooit te aanschouwen gaf. Achter het gesloten voorhangsel dreunen de hamerslagen en in ademlooze verwachting ziet men het koor verdwijnen en het scherm vaneenwijken.
Het levend kruisbeeld wordt nu hoog opgericht tusschen de weenende Maria, Johannes, Magdalena en de getrouwen; door de doodelijke stilte vallen duidelijk en helder de zeven kruiswoorden, zoo liefdevol en hartverscheurend als de laatste klachten en de laatste beden van een stervenden, teerbeminden Vader.
Op dit oogenblik huiveren allen, geloovigen en ongeloovigen, gevoeligen en ongevoeligen, mannen en vrouwen; 't is of de donderslagen door het gebergte weerklinken, of het licht verduistert, of alles wegsterft, en wanneer alles volbracht is, dan blijft geen oog droog, geen hart onbewogen.
Vijf en twintig minuten heeft de Christusspeler aan het kruis gehangen, een inspanning, die Josef Mayer dikwijls met menige flauwte moest bekoopen. Anton Lang, jonger en krachtiger, zal hier wel beter tegen bestand zijn, maar een zware taak blijft het zeker, ondanks alle hulpmiddelen die men aanwendt om hem in zijn onnatuurlijke houding zooveel mogelijk te steunen en te verlichten.
Wat nu volgt, de kruisafneming, de graflegging, de verrijzenis en de hemelvaart, als het blijde Alleluja weerklinkt, het koor weer schittert in feestgewaad en alles in jubel en vreugd eindigt, is zeker fraai van schikking en groepeering, vol stemming en waardigheid, maar het vermindert meer dan het verheft den indruk zoo juist ontvangen.
Binnen weinige oogenblikken is het gebouw leeggestroomd, het dagelijksche leven grijpt allen weer aan en het grootsche schouwspel zal nog slechts in onze herinnering voortleven; velen vertrekken weer terug naar Munchen, anderen reizen per diligence naar Inspruch. Die blijven trachten hun middagmaal machtig te worden, wandelen door het dorp, doen hun best de voornaamste vertooners te ontmoeten; dwaze Engelsche of deze nabootsende dames loopen de hoofdpersonen na om van hen een handteekening in haar album, en hun portret of ander souvenir te krijgen. Morgen zijn deze allen heen, om een week later weer door een ander even groot publiek te worden vervangen, en intusschen gaan de Passiespelers gedurende vijf maanden geregeld voort hun gelofte te vervullen ten aanzien der geheele wereld, die in hun eenvoudig dorp haar vertegenwoordigers zendt.
Een algemeen verspreid denkbeeld heerscht, dat het Passiespel van zijn oorspronkelijken eenvoud zou ontaard zijn in een geldmakerszaak; ongetwijfeld, de inkomsten zijn verbazend toegenomen in de laatste tientallen van jaren, maar ook de uitgaven zijn zeer vermeerderd; het grootste gedeelte van het geld wordt gewijd aan liefdadige instellingen en gemeente-uitgaven. De tooneelspelers worden percentsgewijze voor hun moeite beloond en voor het verzuim van hun beroepsbezigheden schadeloosgesteld, maar hun honoraria blijven verre