Laat ons hopen, dat zulk een antwoord niet steeds het einde is van deze huwelijksconversatie; maar hoe de strekking er ook van zij, altijd wordt het op deze wijze geintoneerd.
De tonen der gewone conversatie, wanneer de stem niet verhoogd is door eenige opwinding of drift, bewegen zich gewoonlijk tusschen
voor vrouwen en de overeenkomstige basnoten voor mannen. Gewone gesprekken, die het enthousiasme niet opwekken, of het gevoel prikkelen, worden gevormd door de telkenmale herhaling van deze tonen in verbinding met enkele semi-tonen. Immers een eigenaardigheid van gesproken talen is, dat zij gaarne gebruik maken van kleine fracties van intervallen, welke in de eigenlijke muziek slechts een zeer bescheiden rol spelen, ten minste in de muziek der Europeesche volkeren. De muzikale systemen der Oostersche volkeren sluiten zich veel dichter aan bij het gesproken woord dan dat bij ons het geval is. Wanneer wij echter het gebied van het gewone gesprek verlaten en uiting geven aan wat onze stem meer in beweging brengt, dan grijpt er plotseling eene groote verandering plaats, en wel zoozeer bij ieder op gelijke wijze, dat wij dat hier als volgt kunnen boekstaven.
Als wij zuchten, zeggen wij:
Als wij weeklagen zeggen wij:
Luister, als wij roepen:
Zoo roept ieder, met naar sekse en stem verschillenden toonaard.
Lachen kan zeer zuiver in muziek worden uitgedrukt, en aldus is dan ook menigmaal geschied, stellig op de beste wijze door Händel in het Allegro, Mephistopheles' lach in de Faust op de G, aan operabezoekers overbekend.
De gewone lach in het dagelijksch leven is:
of korter van stijl:
Zoo men lachen precies naar zijn rythmus en klank duidelijk in tonen kan uitdrukken, is het bij schreeuwen iets heel anders; het is uiterst moeilijk een geschreeuw onder noten te brengen. De stem blijft hierbij zoo buitengewoon kort op een toon en wijkt zoo herhaaldelijk af, dat zelfs het scherpste gehoor zich teleurgesteld ziet in zijn pogingen om bijv. een klaaglijke uiting van het hart in noten vast te leggen, en eerst na aanhoudende vergeefsche pogingen slaagt men hierin. Wanneer een jonge dame haar gemoed in snikken lucht geeft, dan valt hierbij op te merken ten eerste, dat zij zich zelve ontoonbaar maakt, maar ten tweede dat zij den volgenden, ondraaglijken, muzikalen satz uit:
En brengt zij hierin variaties aan, dan wordt het er al niet beter op, bijv.:
of:
Als zij aan het einde van hare uitbarsting in een hevig snikken vervalt, dan is het volgende leelijke rumoer daarvan het resultaat:
Niet alleen tot de stemuitingen van menschelijke wezens beperkt zich het gebied der muziek, maar ook tot de geluiden der dieren.
Dit is het brullen van den leeuw:
Een paard hinnikt:
Een lam blaat:
Een ezel balkt:
Een kalf bleêrt:
Een hond blaft:
Een hen kakelt:
Een kat miauwt:
Een varken knort:
Eenige dezer geluiden kunnen op een meer uitgewerkte schaal worden uitgedrukt. Om bijv. het hinniken van een