genden keer toen de boot weer kwam (de secretaris vertelde deze geschiedenis in de Engelsche club te Archangel aan tafel), stuurde hij zijn vrouw aan den secretaris terug met de boodschap aan den gouverneur, dat hij deze vrouw moest
Het stoomschip Lomonosof, waarmede Z. Exc. de gouverneur van Archangel de Samojeden-neerzettingen op Nova Zembla iederen zomer bezoekt.
ruilen (alsof het een geweer of een baal koopwaar was), aangezien ze niet deugde omdat ze lui was en slecht kookte en hij haar dus niet wilde houden. De secretaris nam dus het jonge vrouwtje weer mee en een andere vrouw werd hem gezonden. Dezen keer had de gouverneur meer succes, wat misschien wel hierom kwam, dat hij had medegedeeld verder niet bereid te zijn vrouwen te ruilen. Hij zond het jeugdige paar ten voorbeeld aan anderen en als een soort pelgrimstocht naar het klooster Solivetski.
De Samojeden van Nova Zembla zijn intelligenter en fijner gebouwd dan de stammen van het vasteland. Dat komt door het gezonde leven dat zij leiden, zonder telkens weken achtereen dronken te zijn als de vastelands-Samojeden, wanneer die daartoe de gelegenheid maar vinden. Of zooals eens een Samojeed het uitdrukte, toen hij zijn vette vingers streek door zijn gevlochten haar: ‘Het hoofd van een Samojeed is dik en vuil, maar niet leeg, neen heelemaal niet leeg.’ Hij zette zijn woorden nog meerdere kracht bij, door tusschen ieder woord in de handen te klappen, een eigenaardigheid van alle Samojeden.
Eens kwam er een bij den secretaris en vraagt hem een brief te schrijven; de eenvoudige kerel haalt dan zijn portefeuille voor den dag, zet zijn naam en begint. Als de Samojeed dan zegt, dat hij aan God wil schrijven, laat de secretaris zijn pen vallen en verklaart, dat dit niet kan. ‘O, ik meende dat de gouverneur het Hem wel kon ter hand stellen, want hij is een groot heer.’
Karmenkula, hoofdplaats van Nova Zembla, in het noordelijke deel van het zuidelijke eiland, dicht bij de baai van Matoskin.
Een ander kwam zich beklagen over pijn aan zijn hart en wij konden hem maar niet overtuigen dat zijn hart hem onmogelijk pijn kon doen, indien hij pijn voelde aan zijn rechterzijde.
Over het algemeen zijn de Samojeden als kinderen en moeten als kinderen behandeld worden.
Toen schrijver dezes eens op een omgekeerde kookpan zat in het hutje van een hunner, zeide hij: ‘Je hebt hier een net huisje, vrouw en kinderen, en toch ben je niet tevreden; wat wil je dan nog meer?’
‘Honden,’ was 't lakonieke antwoord.
‘Eén hond is beter dan tien vrouwen; vrouwen kunnen de slee niet trekken en hard loopen, ik wil graag honden hebben.’
Thee wordt den ganschen dag gedronken, zonder suiker of melk, erg warm; al theedrinkende en vertellende over den witten beer - den almachtigen Oshka van de oude legende - wordt de winter doorgebracht.
Godsdienst en honden zijn de twee hoofdonderwerpen van het gesprek, maar vooral de laatsten, die uit Archangel ieder jaar worden opgezonden uit de bewaarplaats, waarheen de politie uit de provincie alle honden, die geschikt zijn, samenbrengt. Ettelijke honderden gaan er zoo jaarlijks naar Nova Zembla, waar ze onder de bewoners verdeeld worden om als trekdieren te dienen voor de sleden; zij vormen het kostbaarste bezit der bewoners.
Voor een paar jaren heeft de gouverneur een proef genomen met het invoeren van tamme rendieren, maar toen zij goed en wel aan wal gebracht waren en binnen een omheining gedreven, waar echter des nachts weinig toezicht was, drongen de honden, die afgericht zijn op de jacht op wilde dieren, 's nachts de heining binnen en doodden ze alle op een na, die naar de bergen wist te ontvluchten.
Het is eigenaardig om te zien hoe regelmatig en vol eerbied de Samojeden thans de kerk bezoeken, terwijl zij voor twee jaren allen nog heidenen waren en houten beelden aanbaden, Bolvans genoemd, naar een geest, die in hen woont, Noom genaamd. Toch zit, gelijk het trouwens te verwachten was, het christelijk geloof er nog dunnetjes op; immers het is bekend dat dikwijls na het kerkbezoek de inwoners nog eens even hun Noom gaan vereeren als een soort van compromis, want nog altijd zijn zij bang dat de Noom-geest boos is, dat ze hem in de laatste jaren zoo veronachtzamen.
Het is schier onnoodig te zeggen, dat deze vereering in het geheim geschiedt en de priester er zelden de lucht van krijgt; de meesten hebben de beelden dan ook in hun hutten weggestopt om ze stilletjes te aanbidden. Men kan dan ook heel moeilijk de beelden te zien krijgen, laat staan er een bemachtigen. Voor een paar jaren gelukte het enkele exemplaren op Waaigateiland te verkrijgen, die naar Engeland zijn gebracht. De heer Jackson heeft er in een toendra voor eenige jaren een in bezit gekregen en na lang onderhandelen met een Samojeed heeft schrijver dezes eveneens voor een paar flesschen vodka en een doos pillen, een kwart pond kogels en wat kruit, een koek en een paar pond tabak, een heiligenbeeld weten te verkrijgen.
Voor dezen, naar omstandigheden zeer hoogen prijs, werd het bezit erlangd van een twee voet en zestien duim hoog beeld, hetwelk naar beweerd werd tweehonderd jaar oud was; om den hals was een snoer van berenklauwen en het was gekleed in een lederen kostuum.