den tempel van Apollo spreken ons nog van die voorbijgegane pracht.
Ook schijnt het dat de Esculapen uit die verre tijden reeds begrepen, welke partij de geneeskunde trekken kon uit het bevoorrechte klimaat van Nizza, daar men er een marmeren opschrift gevonden heeft, vermeldend hoe de vrouw van keizer Galianus, keizerin Solomina Augusta, haar genezing te Cemeneleum zocht en haar verzwakte krachten daar herstelde.
Op dit oogenblik van haar geschiedenis vergoot het schoone Nizza zeker geen tranen; integendeel, alles in en om de stad was niets dan feest en genot. Cannes en Antibes hadden theaters, Grasse een tempel met twaalf reuzengoden, Ventimille een circus, Kaap Martin vertoonde vol trots zijn witte villa's
boerinnen van villefranche en turbie op weg naar de markt van nizza.
en Arles verhief een altaar ter eere van Venus, waar men de alles behalve strenge feesten der godin vierde. Ook schijnt Nizza gedurende de middeleeuwen niet erger mishandeld te zijn gewenst dan de andere zuidelijke kusten, die bijna allen door de invallen der Bourgondiërs, der Oost-Gothen, Franken, Lombarden en Sarracenen en veel later der Turken moesten lijden.
Nizza heeft het lot gekend van alle beroemde middeleeuwsche steden, die zonder ophouden ingenomen en weer ingenomen werden, altijd in de handen blijvende van de sterksten en wreedsten; maar hoe het ook geteisterd werd, altijd bleef zijn schitterende lucht glinsteren en de kristallijnen zee het liefkoozend streelen.
En van den anderen kant, waar konden de zangen der troubadours zoeter weerklinken dan in dit land van laurier- en oranjeboomen? Welke stad heeft zoo dikwijls het bezoek ontvangen van koningen, keizers en pausen? Het waren geen tranen, die in de Golf der Engelen vielen, toen koningin Johanna I van Napels hier aankomende, zich richtte tot de menigte baronnen, consuls en burgers, die op de kust haar kwamen begroeten, en hun met haar zachte stem zeide:
‘Ik kom u uwe harten vragen, niets dan uwe harten.’
En welke schitterende feesten waren het, toen paus Paulus III daar keizer Karel V en Frans I ontmoette? Nu nog ziet men een marmeren kruis, dat de herinnering aan deze ontmoeting vereeuwigt en het geheele kwartier wordt daarnaar genoemd: Croix de Marbre.
Sedert het begin dezer eeuw is het leven in Nizza een bijna onafgebroken feest; de stad breidt zich verbazend uit, van alle kanten stroomen de rijke vreemdelingen daarheen en de stad wordt door hen ook rijk.
De geschiedenis van Nizza gelijkt op een blij eindigenden roman; de rampen, die het troffen, zooals de aardbeving van 1884, loopen op een gelukkige ontknooping uit en worden spoedig vergeten.
Wie Nizza bezoekt, verzuime toch vooral niet een wandeling te maken naar de markt. Natuurlijk vindt men daar niet de kolossale opeenhoopingen van groenten, die men in de Hallen van Parijs ziet, noch het knappe arrangement der bloemmarkt; maar wat zien daar de groenten en vruchten er frisch en smakelijk uit in de kleine mandjes, en die bloemen zijn zoo kleurig en geurig en de koopvrouwen zoo schilderachtig!
Hoe jammer dat zij de Nizzasche hoeden en de korte rokken met bonte kleuren hebben afgelegd. Wat zij echter bewaard hebben, dat is haar taal, die op alle andere talen gelijkt en een allesbehalve harmonieus allegaartje vormt.
Als men haar nader onderzoekt, dan ontdekt men er Grieksche, Arabische, Keltische wortels in, maar het Latijn overheerscht toch. 't Schijnt dat de verschillende rassen, die elkander dit stukje grond betwist hebben, er iets toe bijdroegen om de taal te vormen; zoo gelijkt de spreekwijze der visschers veel op die der Grieken, terwijl men bij de landelijke bevolking meer Arabische klanken vindt. Hetzelfde verschil merkt men ook op in de typen der vlakte- en bergbewoners. In de vlakte vindt men het sterke, athletische type, den krachtigen kop, de dikke haren en scherp geteekenden neus der Grieken en Romeinen. Op de heuvels treft men het ovale hoofd aan der Arabieren, het smalle gezicht, den fijnen neus, het zwarte, glanzende haar, de bruine huid en een matigheid, die in de woestijn goed te pas zou komen. In de valleien staat men weer verbaasd kin-