Dolce far niente.
Henriette Ronner is de eenige niet, die zich toelegt op het schilderen van de zoo aantrekkelijke poesenfamiliën. Ook Jules Adam heeft een oude en een paar jonge katjes voor zich laten poseeren; hij schilderde Moeder de Kat in zalige rust. Het goede dier is moede van haar zware taak en zit zich heerlijk te zonnen. Om zich heen laat zij de vlinders vroolijk en vrij fladderen, zij heeft geen lust hun het leven en het geluk te misgunnen.
Heel anders gaat het haar dochters. Die zijn reeds te lang stil geweest; met begeerlijke blikken volgt de eene het op en neer wiegelen der kapelletjes, het geschikte oogenblik afwachtend om er een te vangen.
Het zusje heeft er reeds eene bemachtigd. Zij houdt er haar pootje op, met een soort wreed genot zich in de wanhoop van het arme dier vermeiend.
De eenvoudige compositie steekt gunstig af bij de dikwijls wat al te gemaniereerde kattentooneeltjes van Ronner.