De Chineesche muur.
Het is nog zoo heel lang niet geleden dat een opzienbarende onthulling de ronde maakte door de couranten.
Een Engelsche zendeling zou ontdekt hebben dat de Chineesche muur alleen tot de legenden behoorde en niets dan humbug was, een mededeeling die bij vele reizigers groote verontwaardiging verwekte, daar zij dezen muur zelf gezien en bovendien daarop gewandeld hadden.
Zeker is het dien heer gegaan als den gast, die zich eens een boterham met kaas bestelde, maar tot zijn verwondering de kaas miste, en op zijn vraag ten antwoord kreeg dat hij zeker een stuk met een groot gat had ontvangen. De zendeling moet hem dus zeker juist daar gezien hebben, waar hij een groote opening had; of hij heeft hem in 't geheel niet bezocht en zich iets laten voorpraten.
In de berichten gedurende den jongsten Oost-Aziatischen oorlog werd zeer dikwijls melding gemaakt van de stad Shan-Hai-Kwan, aan de binnenzijde van de golf van Petschili. Zij is vooral daarom merkwaardig daar de Chineesche muur hier niet alleen tot aan de zee, maar ook een stuk er van in de zee is gebouwd. Het is geen mooi gezicht, dat, van de zee uit, zich aan den toeschouwer vertoont. Een kaal, zanderig strand en aan gene zijde van het strand leemkleurige, hooge, nieuwmodische vestingwerken; daarachter de onaanzienlijke morsige stad en op den achtergrond hooge, kale, roodachtig gele bergketens. Maar een merkwaardig gezicht is het toch van het strand uit, den loop van den ‘muur’ met het oog te volgen, zooals hij zich vertoont, langs de bergen klimmend, rug en top der ketens volgend, neerdalend in de dalen en bergpassen, als een ontzaglijke op en neer-, links en rechts, voor zoover als het oog reikt, zich kronkelende, bruinroode slang, hier en daar met hooge wachttorens voorzien, totdat hij ten slotte ver, heel ver in de woestijn Gobi, in het steppenzand eindigt na een lengte van 400 mijlen te hebben bereikt.
Het is een verbazingwekkend bouwwerk, dat op aarde zijn gelijke niet vindt en de Pyramiden der Pharao's in de schaduw stelt. De lengte van den muur is zoo lang als de afstand van Gibraltar tot Memel, en volgens een Engelsche berekening zouden alle gemetselde gebouwen van Groot-Britannië uit de steenen van den Chineeschen muur kunnen opgetrokken zijn. De tijd van zijn oprichting wordt in de jaren 240 - 107 vóór Christus' geboorte gesteld; het is dus een werk dat twee duizend jaren oud is, en al zijn de uitkomsten der laatste onderzoekingen juist, dat eenige gedeelten eerst 1000 jaar na Christus gebouwd werden, zoo blijft de muur toch altijd nog een eerbiedwaardig gedenkteeken.
De muur ziet er uit als een hooge, met gekantelde wallen bekroonde gladde vestingmuur; op de buiten- en binnenzijde is hij met gewoon metselwerk bekleed; het naar het zuiderfront gekeerde gedeelte is grootendeels vernield en voor particuliere gebouwen gebruikt, maar naar den kant van Mongolië is hij nog op regelmatige afstanden van omstreeks 200 passen voorzien met nu nog scherp geprofileerde, vooruitspringende vierhoekige bastions, die gedeeltelijk, vooral waar een poort door den muur voert, zich torenvormig naar boven verheffen; van binnen bevinden zich gewelfde, kazemat-achtige vertrekken; deze worden gedeeltelijk bewoond door manschappen, aangesteld ter bewaking van het grensverkeer.
De breedte van den muur bedraagt aan den voet 40, op de kroon omstreeks 25 voet; de hoogte boven den grond kan omstreeks 35 voet zijn. Aan de Mongolische zijde zijn nog duidelijke sporen zichtbaar van de grachten, die eens hetzij droog, hetzij met water gevuld tot versterking bijdroegen en dienden tot bereiking van zijn doel: het den wilden, vijandigen ruiterscharen onmogelijk te maken in het rijk van het Midden te dringen. Aan deze, dus de Noordelijke zijde verheft zich op den muur een omstreeks zes voet hooge, gemetselde borstwering, die telkens 10 voet tinnenvormig onderbroken, op geringen afstand van den bodem een tweede rij van schietgaten voor liggende boogschutters vertoont. De deksteen van elk schietgat is met een driemaal ineengeslingerd boogornament versierd, een bewijs met welke zorgvuldigheid deze reuzenbouw werd uitgevoerd.
Het materiaal van dezen muur zijn opvallend groote steenen van opvallende lichtheid in gewicht. De afzonderlijke steenen meten pl. m. 16 duim in de lengte, 6 in de breedte en 5 in de hoogte. De kleur is bruin