Een Hollandsche verkooping.
De Engelsche schilder Rainey heeft het karakter onzer boeren en boerinnen, of liever visschers en visschersvrouwen - want natuurlijk koos hij een Hollandsch visschersdorp tot tooneel zijner studiën - zeer goed begrepen.
Treffend van waarheid zijn de typen der mannen met hun verweerde gezichten en de glundere gelaatstrekken der vrouwen onder typische mutsen.
Aan alles ziet men dat zulk een verkooping een gebeurtenis van meer dan alledaagsch belang is op het stille dorpje. Wat is er de oorzaak van? Is het een vrijwillige verkooping ten gevolge van den dood der eigenaars of wel een executie?
Dat er druk over geredeneerd wordt, merken wij genoeg, maar of men druk biedt, ziedaar waar wij niet goed achter kunnen komen. Er is, dunkt ons, meer nieuwsgierigheid dan echte kooplust.
Wie weet welk droevig drama schuilgaat onder dit droge, banale woord ‘verkooping’!
Een der best geslaagde figuren is die van den ouden visscher rechts van ons, die in diepe gedachten verzonken al philosopheerend het tafereel gadeslaat. Konden wij hem maar laten spreken, dan zou onze nieuwsgierigheid zeker ook weldra bevredigd zijn.