‘Op het veld,’ brengt ons terug naar het groene gras en het open veld en vertoont ons een eenvoudig klein meisje, in volle lengte op het gras uitgestrekt, een open parasol naast haar, die tot de levendigheid der kleuren moet bijdragen.
Onder de vroegere werken des schilders moeten wij nog vermelden ‘Het Defilé’ en ‘De Dochter van Lesbos.’ Het vorige jaar stelde hij zich tevreden met een eenvoudig doek, ‘Aurora,’ naar het Salon te zenden, maar nu in Mei zond hij er twee, ‘De heilige misteltak’ en een karakteristiek mansportret. Het eerste stelt een dochter der Druiden voor in kleederen van vlekkeloos wit, meer of minder klassiek in haar wijde, heerlijk neervallende plooien. In haar armen draagt zij een bos van de heilige misteltakken en in de andere hand een gouden sikkel, waarmede zij de gewijde woekerplant van de donkere boomen op den achtergrond heeft afgesneden. Het werd voor een der beste schilderijen van het jaar gehouden.
Allerlei eerbewijzingen vielen, natuurlijk volgens de gewone Fransche manier, den heer Sinibaldi ten deel. In 1866 kreeg hij de Mention Honorable van het Salon en twee jaren later won hij de reisbeurs. Op de wereldtentoonstelling van '86 schonk men hem de bronzen medaille en werd hij lid van de Vereeniging der Fransche artisten. Onder zijn beroemdste werken uit het salon, kunnen wij nog aanhalen ‘Een huwelijk,’ Een dochter der Radjah's,’ In 1891, een aandoenlijke, ‘Manon Lescaut,’ enz.
De twee werken, die wij hierbij afbeelden, zijn bijzonder kenschetsend voor zijn talent. De rivier, stroomend langs het oude Fransche dorp, met de leien daken en de spichtige populieren in ‘Lente,’ vormen een meer bepaalden achtergrond dan Sinnibaldi gewoonlijk voor zijn figuren gebruikt, maar in het halfknielende meisje dat de bloemen plukt, die over de weide gestrooid schijnen, zien wij het genot afgebeeld, dat de schilder schept in het afbeelden van bloemen en van den vroolijken overvloed der natuur.
‘Nacht’ vertoont ons den kunstenaar in een meer poëtische en idealistische stemming, maar zelfs in den nacht moet hij bloemen hebben. Een zwarte kat, uitstekend geschilderd, omringt den hals van het meisje met de droevige, peinzende oogen, die droomend het land doortrekt, terwijl zij de papavers van den slaap laat vallen overal waar zij gaat. De draperieën zijn met volmaakte kunst uitgevoerd, niet alleen in de teere bevalligheid hunner plooien, maar ook wat hun weefsel en tint betreft; het doorschijnende en half doorschijnende gaas is op bewonderenswaardige wijze weergegeven.