En ook de prins van Arragon verlaat teleurgesteld Belmonte, terwijl Portia en haar jolige vriendin Nerissa hem nog geducht uitlachen en bespotten op den koop toe.
Maar nu verschijnt Bassanio, een jong Venetiaansch edelman, en nauwelijks heeft Portia hem gezien of angst en zorg vervullen haar hart, dat hij niet het rechte kistje zal kiezen en heengaan als de anderen, want hij is de eerste die haar hart met hooger slag doet kloppen, de man wien zij gaarne met al haar rijkdommen wil toebehooren.
In angstige spanning verbeidt zij het oogenblik, waarop Bassanio, de kistjes naderend, zijn keuze zal doen. Haar is 't bekend welke het rechte is, maar zij mag niet meineedig zijn en het geheim verraden.
Zij zegt alleen:
Ik ben in een der kistjes.
Hebt gij mij lief, dan kiest gij 't rechte wel.
Nerissa en gij andren gaat terug!
Maar dat muziek bij 't doen der keuze klink',
Want mist hij 't doel, dan groete als bij een zwaan,
Muziek zijn stervensstonde; ja, dit beeld
Is waar en juist; mijn oog is dan de stroom,
Zijn vochtig doodsbed. Maar hij kan ook winnen.
En wat is dan muziek? Dan is muziek
Als 't jublen, waar een opgetogen volk
Zijn pas gekroonden vorst mee groet, of als
De zoete tonen van den morgenstond,
Die in des bruigoms droomend oor weerklinken,
En hem ten huw'lijk roepen. Ziet, hij treedt,
Niet minder fier, maar vriendlijker van hart
Dan jonge Alcides toen hij de eedle maagd,
Door 't snikkend Troje 't monster toegewijd
Van zeekren dood ging redden; ik ben 't offer
Die andren ginds zijn de Dardaansche vrouwen.
Ontdaan en weenend saamgestroomd om de uitslag
Van 't heldenfeit te zien. - Ga, Hercules!
Leeft gij, dan leef ik; - o hoe klopt mij 't hart,
Veel meer dan u, die moedig 't noodlot tart.
En als dan Bassanio na verstandig overleg den schijn versmadend, de twee kostbare kistjes noemt:
Gij harde Midas kost, u wil ik niet,
Noch u, gij bleeke, lage slaaf, gereed
Tot iedren dienst; maar u gij glansloos lood,
Die eerder dreigend spreekt dan iets belooft,
Geen glans of opschrift trekt mij aan als gij
U kies ik - dat mijn keuze vreugde zij!
Hoe jubelt en juicht Portia nu, verlost als zij zich voelt van haar angst en vrees:
O hoe elke andre hartstocht nu in lucht
Verdwijnt, beklemdheid, bange twijfelzucht,
En wanhoop, en verbeten jalouzie!
O liefde! matig uw vervoering en gebiê
Dien stroom van vreugde kalmte; boven 't peil
Verheft zij zich! Ik voel 't, o minder 't heil,
Of de overmaat is dood'lijk!
En het kistje openend aanschouwt Bassanio het portret zijner geliefde met het opschrift:
Gij, die niet door schijn verblind
Alles waagt en 't ware vindt!
Zoo ge deze maagd bemint,
Dat ze u dan voor het leven bind'
Is haar ‘ja!’ u 't zoetst geluid
Waar uw hoogste heil uit spruit,
Neem haar, ze is uw lieve bruid,
En een kusje zij 't besluit!
Dit laat Bassanio zich geen tweemaal zeggen, met een kus neemt hij bezit van zijn schoone bruid, die zich blijde aan haar noodlot onderwerpt.
De verloving wordt weldra door het huwelijk gevolgd. Zij, die den ‘Koopman van Venetië’ lazen in het oorspronkelijke of in de uitstekende vertaling van Dr. Burgersdijk (die wij hier volgden), of wel het drama zagen opvoeren, weten, hoe later Portia haar echtgenoot op even listige als gelukkige wijze uit de moeilijkheden redde, waarin hij door den Jood Shylock gewikkeld was.