Prinses Elisabeth van Beieren en baron Seefried.
Zij kon een dubbele kroon op haar hoofd drukken. Zij kon keizerin worden van Oostenrijk en koningin van Hongarije, Boheme en nog veel meer. De voor haar bestemde bruidegom, aartshertog Frans Ferdinand, kwam terug van zijne reis rondom de wereld en onmiddellijk daarna zou hunne verloving worden bekendgemaakt, maar - in dien tusschentijd had het jonge prinsesje haar hart verloren aan een knappen luitenant, baron Otto von Seefried.
Het was alles heel romantisch gegaan. Prinses Elisabeth was met haar moeder, aartshertogin Gisela, uit rijden geweest, toen vlak voor de hoofdwacht de paarden op hol gingen. Baron Otto, die juist dienst had, wierp zich voor de razende dieren, bracht hen tot staan en
werd door moeder en dochter met vriendelijke lachjes en lieve woordjes bedankt. Niemand vermoedde, dat plotseling in twee jonge harten één onuitdoofbare vlam ontstoken was; het prinsesje dweepte met haar ridderlijken redder, zij wist niet hoe hem haar erkentelijkheid te betuigen; op alle hofbals, groote en kleine, zag men steeds die twee te zamen. Eindelijk viel hun groote vertrouwelijkheid op en men besloot het jonge paartje te scheiden.
Het was dan ook ongehoord: een kleindochter van den keizer van Oostenrijk en den prins-regent van Beieren zou de oogen vestigen op een eenvoudigen luitenant en voor hem de hand van den aartshertogtroonopvolger versmaden!
Baron Seefried werd overgeplaatst naar Metz, maar de afstand wakkerde het vuurtje nog meer aan; wat men wilde voorkomen gebeurde er juist door, en op zekeren dag verklaarde prinses Elisabeth: ‘Hem of geen ander!’ Zelfs fluistert men dat het jonge paar de toestemming der ouders niet heeft afgewacht, maar naar Genua vluchtte, waar zij zich door een geheim huwelijk verbonden. Hoe 't zij, gedwongen of niet, de ouders en grootouders hebben zich in het onvermijdelijke geschikt, den opgedrongen schoonzoon in genade aangenomen. De keizer gaf hun zelfs een kasteel ten geschenke, waar zij hun wittebroodsweken mogen doorbrengen; misschien dacht hij aan zijn eigen armen zoon Rudolf, wiens huwelijk van staat zoo ongelukkig eindigde.
Zal prinses Elisabeth gelukkiger worden met haar baron dan zij het met den aanstaanden keizer van Oostenrijk geworden zou zijn? Natuurlijk zijn er zwartgalligen genoeg, die beweren dat ook de liefde van den baron eens blijken zal meer de prinses te hebben gegolden dan het lieve meisje en dat zij toch niet ontkomen zal aan het lot der prinsessen, voor wie een gelukkig huwelijk een haast onbereikbaar ideaal is; maar wij voor ons zullen hopen dat zij het beste deel verkozen heeft in haar mooien luitenant.